Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Ich wohne in Groningen.
Du wohnst in Groningen.
Wir wohnen in Groningen.
Sie wohnen in Groningen.
Wat valt je op?
Om werkwoorden te kunnen vervoegen heb je een aantal dingen nodig:
- Je moet alle persoonlijke voornaamwoorden kennen
- Je moet weten wat de stam van het werkwoord is
enkelvoud:
ik = ich
jij = du
hij = er
zij = sie
het = es
meervoud:
wij = wir
jullie = ihr
u = Sie