Les 7 Beroepspraktijkvorming. Taak 7 Video's over leerbedrijven. Wat spreekt jou aan?

Vorige keer
  • verschillende communicatiedoelen in fragmenten herkennen;
  • het onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte uit een fragmenten halen;
  • aantekeningen maken tijdens fragmenten;
  • feiten en meningen onderscheiden.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vorige keer
  • verschillende communicatiedoelen in fragmenten herkennen;
  • het onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte uit een fragmenten halen;
  • aantekeningen maken tijdens fragmenten;
  • feiten en meningen onderscheiden.

Slide 1 - Diapositive

informerend
instruerend
overtuigend

Slide 2 - Question de remorquage

Spaghetti is lekker.

Slide 3 - Sondage

Smaken verschillen.

Slide 4 - Sondage

Alle mensen zijn hetzelfde.

Slide 5 - Sondage

Iedereen is anders.

Slide 6 - Sondage

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
  • weet ik drie woordraadstrategieën;
  • kan ik een woordenboek gebruiken;
  • weet ik de signaalwoorden bij tekstverbanden;
  • heb ik een vlog gemaakt;
  • heb ik geoefend in het maken van een oefenexamen.

Slide 7 - Diapositive

76. woordenboek en woordraadstrategie
  • Woordenboek: examen, meerdere betekenissen
  • Woordraadstrategie
  • Context: teruglezen, verder lezen
  • Samenstelling: Het bedrijf leverde essentiële composieten voor de vleugels van vliegtuigen (onderdelen)
  • Synoniem: ander woord dezelfde betekenis
  • Illustratie: plaatjes in de tekst

Slide 8 - Diapositive

Tekstverbanden en signaalwoorden 1
Tekstverband
Signaalwoorden
Tegenstelling
Maar, toch, echter, hoewel
Opsomming
En, bovendien, verder, ten eerste, ook, ten slotte, daarnaast, tevens
Samenvatting
kortom, al met al
Conclusie
dus, hieruit volgt, dan ook

Slide 9 - Diapositive

Tekstverbanden en signaalwoorden 2
Tekstverband
Signaalwoorden
Vergelijking
zoals, evenals, net zo, als
Toelichting/ uitleg
zo, zoals, bijvoorbeeld, ter illustratie, met andere woorden
Voorwaarde
als, indien, mits, tenzij, wanneer
Tijd/ chronologie
vroeger, nu, eerst, later, nadat, inmiddels, daarna, dan, tijdens

Slide 10 - Diapositive

In de praktijk
  • Vlog maken waarin jij de bedrijfsleider overtuigt om jou aan te nemen als stagiaire.
  • Volg de stappen bij In de praktijk -> alle fases
  • Twee video's staan bij de fases.
  • Derde video zoek je op YouTube SBB site
  • Schrijf op wat je wil vertellen
  • Maak de vlog. Laat zien aan je docent!

Slide 11 - Diapositive

Evalueren
Aan het eind van de les:
  • weet ik drie woordraadstrategieën;
  • kan ik een woordenboek gebruiken;
  • weet ik de signaalwoorden bij tekstverbanden;
  • heb ik een vlog gemaakt;
  • heb ik geoefend in het maken van een oefenexamen.

Slide 12 - Diapositive

Volgende keer
Periodetoets

Slide 13 - Diapositive

Maken
Thema: Beroepspraktijkvorming
Taak 7: Video's over leerbedrijven. Wat spreekt jou aan? 2F
Opdracht online in de praktijk
(vlog laten zien)
Examentraining



Slide 14 - Diapositive

Differentiatie 3F
  • Thema: Beroepspraktijkvorming
  • Taak 7: De juiste informatie over een leerbedrijf selecteren.
  • Opdracht: online 7, 8 + in de 
    praktijk (vlog laten zien) +
    examentraining 

Slide 15 - Diapositive

7. Informatie beoordelen
  • Vragen om te checken informatie bron betrouwbaar:
  1. Is de informatie actueel?
  2. Is het doel informeren en niet doel jou iets te laten kopen?
  3. Staat er een datum bij? Informatie over het bedrijf/ organisatie, schrijver of maker? Kan je contact opnemen?
  4. Zijn het taalgebruik en de spelling correct?

Slide 16 - Diapositive

94. Dubbelop
  • Pleonasme: eigenschap wat al in het woord zit, combinatie bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord
    (houten boomstam, witte sneeuw)
  • Tautologie: woorden die in de zin dezelfde betekenis hebben
    (eeuwig en altijd, eenzaam en alleen)
  • Dit zijn stijlfouten als je ze dubbelop gebruikt.

Slide 17 - Diapositive

In de praktijk
  • Vlog maken waarin jij beargumenteert welke voorkeur jij hebt: stage buitenland of stage Nederland.
  • Volg de stappen bij In de praktijk -> alle fases
  • Schrijf op wat je wil vertellen.
    Let op het doel: overtuigen
  • Maak de vlog. Laat zien aan je docent!

Slide 18 - Diapositive