EVE Klas 4 Leesvaardigheid: Herhaling begrijpend lezen

Begrijpend lezen - herhaling
Welkom!
  1. Uit hoeveel delen bestaat een tekst en welke delen zijn dit?
  2. Wat kan er in de inleiding staan.  Benoem er twee.
  1. Ga rustig zitten.
  2. Pak je schrift en beantwoord de vragen. 
  3. Klaar? Ga naar LessonUp en voer de code in. 
timer
5:00
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Begrijpend lezen - herhaling
Welkom!
  1. Uit hoeveel delen bestaat een tekst en welke delen zijn dit?
  2. Wat kan er in de inleiding staan.  Benoem er twee.
  1. Ga rustig zitten.
  2. Pak je schrift en beantwoord de vragen. 
  3. Klaar? Ga naar LessonUp en voer de code in. 
timer
5:00

Slide 1 - Diapositive

  1. Uit hoeveel delen bestaat een tekst en welke delen zijn dit?
     Inleiding, kern en slot - drie delen
  1. Wat kom je te weten door de inleiding van een tekst te lezen, benoem er twee.
      Aanleiding, voorbeeld, anekdote, vraag,  
     mening, samenvatting, opbouw

Slide 2 - Diapositive

Legenda
  • Theorie
  • Oefening
  • Extra oefening

Slide 3 - Diapositive

Doel - herhaling
  • Herkennen en benoemen signaalwoorden en tekstverbanden
  • Onderwerp benoemen
  • Tekst analyseren: opbouw, indeling, vorm (titel, tussenkopjes, etc.) 


Slide 4 - Diapositive

Tekstbegrip
Om een tekst te kunnen begrijpen zijn een aantal zaken belangrijk. Deze zaken moet jij als lezer gaan ontdekken. Je gaat de tekst dus niet alleen lezen, maar ook analyseren. Je gaat op zoek naar antwoorden op een aantal vragen:

- Waar gaat de tekst over?
- Wat is het belangrijkste dat in de de tekst wordt verteld?
- Waar komt de tekst vandaan en is de tekst betrouwbaar? 
- Wat hebben de verschillende alinea's met elkaar te maken?

Slide 5 - Diapositive

Opbouw van een tekst
< Titel
< Inleiding (alinea 1)
< Bron
< Slot (laatste alinea)
< Middenstuk >
<Tussenkopje

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Onderwerp van de tekst
De eerste stap in je analyse is altijd:

Wat is het onderwerp van de tekst? 

Met andere woorden: Waar gaat de tekst over?

Het antwoord op deze vraag hou je heel kort en  is te vinden door:

- De titel te lezen
- De inleiding te lezen
- Plaatjes te bekijken
- De bron te lezen
- Tussenkopjes te lezen



Slide 8 - Diapositive

Hoofdgedachte van de tekst
De eerste stap in je analyse is altijd:
  • Wat is het onderwerp  van de tekst?

De tweede stap is:
  • Wat is het belangrijkste dat er in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?  

Met andere woorden: Wat is de hoofdgedachte?

Het antwoord op deze vraag noteer je in een hele zin.




Slide 9 - Diapositive

Wat is het onderwerp van de tekst?
Schrijf dit zo kort mogelijk op.

Slide 10 - Question ouverte

Er volgt hierna een tekst. En om te voorkomen dat je de hele tekst in 1x leest krijg je eerst alleen de titel, de bron en de inleiding te zien.

Na de tekst volgt de vraag: Wat is het onderwerp?

Doe dit fluisterend met je buurman/buurvrouw.

Slide 11 - Diapositive

Wat is het onderwerp?
Klaar? Ga samen op zoek naar een tekst over hetzelfde onderwerp.
Klaar? Analyseer de tekst (slot, titel, aantal alinea's)
timer
15:00

Slide 12 - Diapositive

Nu volgt de hele tekst.
Lees deze tekst helemaal.



Slide 13 - Diapositive

1
2
3
4
5

Slide 14 - Diapositive

We gaan nu de tekst analyseren.
Dat betekent dat we op zoek gaan naar tekstverbanden en belangrijke zinnen in elke alinea. Deze belangrijke zinnen noemen we kernzinnen.

Een tekstverband geeft de 'relatie' aan van het ene stukje tekst met het andere stukje.
 Met andere woorden: wat het ene stukje tekst met de andere te maken heeft. Elk tekstverband heeft signaalwoorden. 




Slide 15 - Diapositive

Lees alinea 2 en ga op zoek naar signaalwoorden

Slide 16 - Diapositive

Welke signaalwoorden heb je gevonden en welke tekstverbanden horen daarbij?

Slide 17 - Question ouverte

1
2
3
4
5

Slide 18 - Diapositive

In alinea 5 staat een tegenstelling. Wat is de tegenstelling?

Slide 19 - Question ouverte

Waar eindigt de tekst mee?
A
Een toekomstverwachting
B
Een conclusie
C
Een advies
D
Een samenvatting

Slide 20 - Quiz

1
2
3
4
5

Slide 21 - Diapositive

Is deze tekst betrouwbaar? Waarom wel / waarom niet?

Slide 22 - Question ouverte

Wat is het belangrijkste dat er in de tekst over het onderwerp wordt gezegd? (= de hoofdgedachte)

Slide 23 - Question ouverte

Aan de slag!
  1. Basis = ga naar blz. 169 NN werkboek - opdracht 2 en 3
  2. Kader = ga naar blz. 172 NN werkboek - opdracht 7 en 8 
                                                         Klaar?
  1. eindexamensite.nl  - basis of kader
  2. onderwerpen
  3. lezen 
  4. leesvaardigheid

Slide 24 - Diapositive

Waar wil je nog extra mee oefenen?
Vorm (titel, tussenkopjes, enz.)
Signaalwoorden en tekstverbanden
Verwijswoorden
Onderwerp en hoofdgedachte
Tekstsoort en tekstdoel
Anders, namelijk...

Slide 25 - Sondage

Anders, namelijk...

Slide 26 - Question ouverte