Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Gemeenschappelijke normen en waarden is een omgevingsfactor op basis van:
A
culturele invloeden
B
economische invloeden
C
sociale invloeden
Slide 3 - Quiz
Bij welke individuele factor hoort onderstaande definitie? Definitie: de manier waarop je informatie verwerkt zodat deze betekenis krijgt voor je.
A
motivatie
B
attitude
C
perceptie
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Wat is customer rating?
A
Het indelen van klanten in klantcategorieën.
B
Het terugdringen van klantverval.
C
De korting die klanten ontvangen voor hun bijdrage aan de omzet van jouw onderneming
Slide 6 - Quiz
In welke fase van de relatielevenscyclus onderzoeken jij en de klant hoe betrouwbaar je bent op het gebied van prijs, kwaliteit en leveringsbetrouwbaarheid?
A
Acquisitiefase
B
Aftastfase
C
Groeifase
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Op welk begrip heeft onderstaande definitie betrekking? Definitie: Een mogelijke klant uit de doelgroep waarbij het vermoeden bestaat dat deze tot aanschaf zal overgaan.
A
prospect
B
hot prospect
C
suspect
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Onderdeel van een robotarm in een productiebedrijf is een mechanische claw. Het toeleveringsrisico van dit onderdeel is hoog, de invloed ervan op de winst van de organisatie is laag. Hoe wordt een dergelijk product genoemd?
A
Hefboom producten
B
Strategische producten
C
Routine producten
D
Knelpunt producten
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Een inkoper onderhandelt scherp met accountmanagers over de prijzen en spreidt de aankopen over verschillende leveranciers. Van welke strategie maakt de inkoper gebruik?