1MH3 - Lezen 2 : 1.5 Feiten en meningen

LESPROGRAMMA
1. Module Lezen 2 - Feiten en meningen
2. Module Woordenschat : inleveren uiterlijk 13 februari op papier of digitaal
3. Opdracht maken (zelfstandig werken)

Inleveren schrijfopdracht VKO vóór vrijdag 28 januari
Niet vergeten: leeskwartieren bijhouden!
Elke les je leesboek meenemen 


1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

LESPROGRAMMA
1. Module Lezen 2 - Feiten en meningen
2. Module Woordenschat : inleveren uiterlijk 13 februari op papier of digitaal
3. Opdracht maken (zelfstandig werken)

Inleveren schrijfopdracht VKO vóór vrijdag 28 januari
Niet vergeten: leeskwartieren bijhouden!
Elke les je leesboek meenemen 


Slide 1 - Diapositive

Werkwijze module Woordenschat
Werkwijze

In deze module vink je af wat je hebt gedaan en soms moet je een paar van je gegeven antwoorden noemen. De resultaten van de oefeningen zijn alleen voor jou zichtbaar. Daarom geef je ook aan hoeveel fouten je hebt gemaakt.
De links naar de opdrachten staan in It's Learning.

Beoordeling

De vijf lessen/onderdelen zijn over de periodes verdeeld en gekoppeld aan de modules leesvaardigheid.

Als je alleen kiest voor eindopdracht A en je hebt verder alle opdrachten gemaakt volgens plan, krijg je een V.

Als je twee of meer keer kiest voor eindopdracht B en heb je deze voldoende of goed uitgevoerd (docent controleert!) én je hebt verder alle opdrachten gemaakt volgens plan, krijg je een G.
















Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
Ik weet het verschil tussen een feit en een mening

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Feit
Een feit is iets wat werkelijk zo is
Een feit is iets wat echt is gebeurd
Een feit kun je controleren
Een feit is iets dat vaststaat en dat je kunt bewijzen (objectief)


Slide 5 - Diapositive

Mening

Een mening is wat een persoon van iets vindt.
Een mening staat niet vast, het is persoonlijk en een mening kan per persoon verschillen (subjectief)

Andere woorden voor mening zijn:
standpunt, oordeel, opinie en opvatting.

Slide 6 - Diapositive


- Is het in een tekst altijd meteen duidelijk of het om een feit of een mening 
gaat?
- Hoe kun je in een bericht zien dat het om een mening gaat?
- Horen meningen eigenlijk wel in het nieuws? Zo ja, op welke plek in een krant bijvoorbeeld? 
 Is het in een tekst altijd meteen duidelijk of het om een feit of een mening gaat?

Hoe kun je in een bericht zien dat het om een mening gaat?

Horen meningen eigenlijk wel in het nieuws? Zo ja, op welke plek in een krant bijvoorbeeld?



Slide 7 - Diapositive

FEIT OF MENING?

Slide 8 - Diapositive

FEIT OF MENING?

Slide 9 - Diapositive

FEIT OF MENING?

Slide 10 - Diapositive

FEIT OF MENING?

Slide 11 - Diapositive

OPDRACHT 

It's Learning -> Bronnen -> Leesvaardigheid -> Leestaak 5

Lees de tekst:  Het is een negatieve column over school geworden, sorry.
Maak daarna de opdrachten 1 tot en met 14

Als je de opdrachten af hebt, werk je verder aan de module Woordenschat


Slide 12 - Diapositive

Einde van de les

Slide 13 - Diapositive