Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Taal / spelling groep 4 - herhaling thema 3
Taal en spelling
Thema 3
1 / 19
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Basisschool
Groep 4
Cette leçon contient
19 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Taal en spelling
Thema 3
Slide 1 - Diapositive
We oefenen...
... werkwoord.
... bijvoeglijk naamwoord.
... zelfstandig naamwoord.
Slide 2 - Diapositive
Wat is een werkwoord?
A
Een mens, een dier, een ding, een plaats, een plant
B
De, het of een
C
Iets dat je kunt doen
D
Zegt iets over het andere woord
Slide 3 - Quiz
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
Een mens, een dier, een ding, een plaats, een plant
B
De, het of een
C
Iets dat je kunt doen
D
Zegt iets over het andere woord
Slide 4 - Quiz
Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
Een mens, een dier, een ding, een plaats, een plant
B
De, het of een
C
Iets dat je kunt doen
D
Zegt iets over het andere woord
Slide 5 - Quiz
Wat is een zelfstandig naamwoord?
+
-
Slide 6 - Question de remorquage
Wat is het werkwoord?
We bakken een lekkere taart.
A
bakken
B
lekkere taart
C
lekkere
D
taart
Slide 7 - Quiz
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
We bakken een lekkere taart.
A
bakken
B
lekkere taart
C
lekkere
D
taart
Slide 8 - Quiz
Wat is het zelfstandig naamwoord?
We bakken een lekkere taart.
A
bakken
B
lekkere taart
C
lekkere
D
taart
Slide 9 - Quiz
Wat is een goede zin?
A
Het meisje eet tien koekjes.
B
Tien koekjes het meisje eten.
C
Het meisje tien koekjes eten.
D
Het meisje eten tien koekjes.
Slide 10 - Quiz
Waar staan de punten goed?
A
De kinderen. zijn blij. ze gaan film kijken.
B
de kinderen zijn blij. ze gaan film kijken.
C
de kinderen zijn. blij. ze gaan film. kijken.
D
de kinderen zijn blij ze gaan film kijken.
Slide 11 - Quiz
Waar staan de punten goed?
A
Het is tijd voor. een beloning.
B
Het is tijd voor een beloning.
C
Het is tijd. voor een beloning.
D
Het is. tijd voor een beloning.
Slide 12 - Quiz
Jaap ... boter op zijn brood.
Slide 13 - Question ouverte
Wat is het werkwoord?
Douae loopt naar de metro.
Slide 14 - Question ouverte
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
De bejaarde man eet taart.
Slide 15 - Question ouverte
Wat is het zelfstandig naamwoord?
Mijn mooie fiets fietst snel.
Slide 16 - Question ouverte
Maak een goede zin.
Daphne - hebben - een fiets
A
Daphne hebben een fiets
B
Daphne heb een fiets
C
Daphne heeft een fiets
D
Daphne hebt een fiets
Slide 17 - Quiz
Maak een goede zin.
Lidwien - hebben - een hond
Slide 18 - Question ouverte
Hoe ging deze les?
A
Makkelijk
B
Moeilijk
Slide 19 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Taal / spelling groep 4 - herhaling thema 3
Juin 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 4
Taal / spelling groep 4 - herhaling thema 3
il y a 6 jours
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 4
Taal / spelling groep 4 - herhaling thema 3
il y a 5 jours
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 4
Taal groep 4 - zin maken met een werkwoord - restaurant
Mars 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 4
Oefentoets taalverzorging mh1
Février 2023
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
om..te
Novembre 2021
- Leçon avec
17 diapositives
NT2
MBO
Studiejaar 1
Woordsoorten mavo 3
Janvier 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Woordsoorten mavo 3
Septembre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3