Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 10 min
Éléments de cette leçon
Gatentekstvragen
Slide 1 - Diapositive
Stappenplan
Oriënterend lezen
Lees de gegeven antwoordmogelijkheden. Zorg dat je weet wat ze betekenen!
Streep de alinea's aan die je lezen moet
Lees de aangestreepte tekst
Markeer de signaalwoorden
Zie je een signaalwoord in de aangestreepte tekst? Lees dan de zin ervoor en de zin erachter.
Geen signaalwoorden in de tekst? Lees dan tot het gat + nog 1 zin. Die zin geeft je het antwoord -> wat staat er in die zin? Zoek daar een passend antwoord bij.
Kies je antwoord.
Slide 2 - Diapositive
Wat nou als je er niet uitkomt?
Kijk naar de grote lijn: positieve woorden / negatieve woorden.
Tegenstellingen in de antwoorden? Bijvoorbeeld: a) groot b) koud c) leuk d) klein
Dan is het één van de tegenstellingen
Gok op de grote lijn
Slide 3 - Diapositive
Read tekst 1 page 33
Oriënterend lezen
Waar gaat de tekst over? (bepaal de grote lijn)
We gaan vraag 1, 5, 6, 7, 8 samen doen
Lees de aangestreepte tekst
Markeer de signaalwoorden
Zie je een signaalwoord in de aangestreepte tekst? Lees dan de zin ervoor en de zin erachter.
Geen signaalwoorden in de tekst? Lees dan tot het gat + nog 1 zin.
Die zin geeft je het antwoord -> wat staat er in die zin? Zoek daar een passend antwoord bij.
Kies je antwoord.
Slide 4 - Diapositive
Read tekst 1 page 33
Oriënterend lezen
Waar gaat de tekst over? (bepaal de grote lijn) - Jonathan Ive - Apple - ....
We gaan vraag 1, 5, 6, 7, 8 samen doen
Lees de aangestreepte tekst - Lees par. 2, 6, 7, 8, 9
Markeer de signaalwoorden
Zie je een signaalwoord in de aangestreepte tekst? Lees dan de zin ervoor en de zin erachter.
Geen signaalwoorden in de tekst? Lees dan tot het gat + nog 1 zin.
Die zin geeft je het antwoord -> wat staat er in die zin? Zoek daar een passend antwoord bij.
Kies je antwoord.
Slide 5 - Diapositive
Vraag 1
Welk woord past het best bij __1__ in alinea 2?
A. Apple
B. His business plans
C. His private life
D. Marketing
Slide 6 - Diapositive
Vraag 1
Welk woord past het best bij __1__ in alinea 2?
A. Apple
B. His business plans
C. His private life
D. Marketing
Talking about design (JOB) is what he DOES like. The word BUT implies a contradiction therefor answer C is the only appropriate answer (only personal option)
Slide 7 - Diapositive
Vraag 5
Kies bij __5__ in alinea 6 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden
A According to
B After
C In addition to
D Without
Slide 8 - Diapositive
Vraag 5
Kies bij __5__ in alinea 6 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden
A According to
B After
C In addition to
D Without
Neg: pre-interview warnings
Pos: Jonathan is a pleasant person
oorzaak/gevolg in place here. After all is a signal word for oorzaak/gevolg
Slide 9 - Diapositive
Vraag 6
Kies bij __6__ in alinea 7 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden:
A Achieve
B Bear in mind
C Believe in
D understand
Slide 10 - Diapositive
Vraag 6
Kies bij __6__ in alinea 7 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden:
A Achieve
B Bear in mind
C Believe in
D understand
BUT indicates a tegenstelling with ''It's a simple goal to articulate''. Achieve is the only possible answer (iets zeggen v.s. het ook waar maken/bereiken)
Slide 11 - Diapositive
Vraag 7
Kies bij __7__ in alinea 8 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden:
A to become cheaper
B to get better
C to get more complicated
D to present a new challenge
Slide 12 - Diapositive
Vraag 7
Kies bij __7__ in alinea 8 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden:
A to become cheaper
B to get better
C to get more complicated
D to present a new challenge
The highlighted sentence in the text presents a positive development. Answer B is the only answer that indicates a generally positive vibe