Lesjesmiddag 30 min

Vandaag in de les
  • Woordraadstrategieën

  • Onderwerp

  • Quiz
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vandaag in de les
  • Woordraadstrategieën

  • Onderwerp

  • Quiz

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
  • Na deze les weet ik wat de drie woordraadstrategieën zijn

  • Na deze les weet ik hoe ik het onderwerp van een tekst kan vinden


Slide 2 - Diapositive

Woordraadstrategie
Een "strategie" is een ander woord voor "manier", dus een woordraadstrategie is een manier om de betekenis van een woord dat je nog niet kent in een tekst te vinden.

Slide 3 - Diapositive

Synoniem
  • Twee verschillende woorden met dezelfde betekenis, zoals: leider - chef, kreet - schreeuw, skippen - overslaan

  • De betekenis van een moeilijk woord, wordt dus met één woord gegeven

Slide 4 - Diapositive

Omschrijving
  • Uitleg van een moeilijk woord
  •  Een omschrijving bestaat uit meerdere woorden, zoals: Gordy's werkhouding is passief vandaag, want hij doet vrij weinig
  • De omschrijving vind je tussen haakjes () of komma's in dezelfde zin of in de zin ervoor of erna.

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld
  • Soms worden er voorbeelden gebruikt om de betekenis van een woord duidelijk te maken, bijvoorbeeld ;-): 
    Ik hou van mooi interieur, zoals deze stoelen, tafel en bank.
  • Let op: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van staan vaak na een dubbele punt, tussen haakjes of komma's

Slide 6 - Diapositive

  • Jij hebt veel prullaria. Aan die frutsels heb je niks!
  • Mijn moeder doet veel aan culturele uitjes. Voorbeelden daarvan zijn naar musea, films en theater gaan.
  • Wij hebben een kast voor specerijen, duizenden kruiden om mee te koken.
  • Onze kat krabt elke dag aan de bank. Nu kunnen we deze sofa nooit meer verkopen.
  • Jij hebt veel prullaria. Aan die frutsels heb je niks!
     
  • Mijn moeder doet veel aan culturele uitjes. Voorbeelden daarvan zijn naar musea, films en theater gaan.
     
  • Wij hebben een kast voor specerijen, duizenden kruiden om mee te koken.
     
  • Onze kat krabt elke dag aan de sofa. Nu kunnen we deze bank nooit meer verkopen.

  • Hij is de chefkok, een soort baas van de keuken.

Slide 7 - Diapositive

Onderwerp
  • Dat is waar een tekst over gaat

  • Niet altijd hetzelfde als de titel

  • Je komt achter het onderwerp van een tekst door hem oriënterend te lezen

Slide 8 - Diapositive

Oriënterend lezen

  • Je leest de tekst niet helemaal, maar:
  • Kijkt naar de titel en tussenkopjes
  • Kijkt naar de afbeelding(en)
  • Let op dikgedrukte en andere opvallende woorden
  • Je leest de eerste alinea (de inleiding)

Slide 9 - Diapositive

Kahoot.it

Slide 10 - Diapositive

Leerdoel
  • Na deze les weet ik wat de drie woordraadstrategieën zijn

  • Na deze les weet ik hoe ik het onderwerp van een tekst kan vinden


Slide 11 - Diapositive