1: Wat is biologie

-?  

1) Ik leer het boek en de werkwijze van biologie kennen
2) Ik weet wat levend - dood - levenloos is
uitleg boek 
instructie over het vak biologie en werkwijze 
uitleg basisstof 1 


Basis: vanaf bladzijde 14, opdracht 1 tot en met 8


Kan ik antwoord geven op de 2 doelen die gesteld zijn?
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

-?  

1) Ik leer het boek en de werkwijze van biologie kennen
2) Ik weet wat levend - dood - levenloos is
uitleg boek 
instructie over het vak biologie en werkwijze 
uitleg basisstof 1 


Basis: vanaf bladzijde 14, opdracht 1 tot en met 8


Kan ik antwoord geven op de 2 doelen die gesteld zijn?

Slide 1 - Diapositive

Uitleg werkwijze boek
- 2 boeken; boek 1a en boek 1b 
- 4 thema's
- elk thema heeft basisstoffen, extra basisstof en verrijkingsstof

Slide 2 - Diapositive

Werkwijze les:

1. Opletten klasikale uitleg
2. Eerst lezen dan maken
3. Vragen stellen
4. Opdrachten goed maken
5. Nakijken (je leert van fouten) 
6. Aftekenen door docent



Slide 3 - Diapositive

Start thema 1: Wat is biologie
Instructie basisstof 1: Levend- dood - levenloos

Slide 4 - Diapositive

BIOLOGIE
Biologie is de leer van het leven. 
Het woord ‘biologie’ is samengesteld uit de Griekse woorden bios ( leven ) en logos ( leer ).


Samengevat betekent het “De leer van het leven”.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Planten en Dieren

Slide 8 - Diapositive

Schimmels

Slide 9 - Diapositive

Bacteriën

Slide 10 - Diapositive

Levend - dood - levenloos

Slide 11 - Diapositive

Levend, dood, levenloos
- Levend: levensverschijnselen/kenmerken
- Dood: geen levensverschijnselen meer
- Levenloos: nooit levensverschijnselen gehad

Slide 12 - Diapositive

Levend - dood - levenloos
Een organisme dat geen levensverschijnselen meer vertoont, noem je dood. Delen van organismen die niet meer leven, noem je ook dood.

Voorwerpen die nooit geleefd 
hebben (en dat ook nooit gaan doen), noem je levenloos. 

Organisme die levensverschijnselen vertonen, noem je levend.

Slide 13 - Diapositive

7 LEVENSVERSCHIJNSELEN:

Ademhalen

Voortplanten

Uitscheiden

Bewegen 

Waarnemen

Groeien

Voeden




Zien, ruiken, voelen, proeven, horen
Ezelsbruggetje
Alle Vogels Uit het Bos Worden Groot met Vis 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Aan de slag:
Basis: 
1) blz lezen blz 8 t/m 13
2) maken opdr: 1 t/m 8

1) Klaar? Dan zelfstandig nakijken en aftekenen bij de docent

2) Overleg met de docent wat je kunt doen





Slide 16 - Diapositive

Evaluatie met een quiz!

Slide 17 - Diapositive


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 18 - Quiz


A
Levend
B
Levenloos
C
Dood

Slide 19 - Quiz


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 20 - Quiz


A
Levend
B
Levenloos
C
Dood

Slide 21 - Quiz

Deze vogel is.....
A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 22 - Quiz

dood, levend of levenloos?
A
dood
B
levend
C
D
levenloos

Slide 23 - Quiz

dood, levend of levenloos?
A
levenloos
B
dood
C
levend

Slide 24 - Quiz


A
Levend
B
Levenloos
C
Dood

Slide 25 - Quiz


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 26 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 27 - Quiz

LEVEND


DOOD

LEVENLOOS

Slide 28 - Question de remorquage