5 Havo De lever

Lever
1 / 12
suivant
Slide 1: Carte mentale
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lever

Slide 1 - Carte mentale

Leverlobje

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

  • cellen produceren gal --> dode rode bloedcellen --> galkleurstoffen
  • opslag mineralen (Fe) en vitaminen
  • koolhydraatstofwisseling
  • eiwitstofwisseling
  • plasma-eiwitten
  • vetstofwisseling --> cholesterol
  • ontgifting

Slide 4 - Diapositive

Alvleesklier
Glucose
Glycogeen
Insuline
Glucagon
Bloedsuikerpsiegel gaat omlaag
Bloedsuikerpsiegel gaat omhoog
Lever

Slide 5 - Question de remorquage

Doorbloeding van de lever
De lever is een sterk doorbloed orgaan. In tegenstelling tot andere organen is de lever aangesloten op DRIE grote bloedvaten. 

Sleep de naam van het bloedvat naar de juiste plek in de afbeelding
leverader
leverslagader
poortader

Slide 6 - Question de remorquage

Poep is bruin omdat...
A
al het eten door elkaar heen bruin is
B
de enzymen van de darm bruin zijn
C
de lever bruin gekleurde afvalstoffen afgeeft.

Slide 7 - Quiz

De lever krijgt zijn zuurstof van..
A
de poortader
B
de leverslagader
C
de poortader en de lerverslagader

Slide 8 - Quiz

Wat is geen functie van de lever?
A
rode bloedcellen afbreken
B
glucose opslaan
C
DNA afbreken
D
CO2 opslaan

Slide 9 - Quiz

Juist of onjuist:

Bij een te hoge concentratie glucose in het bloed maakt de lever insuline aan
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

Elisa heeft een avondje flink gedronken. In de lever wordt ethanol afgebroken. In welk van de volgende bloedvaten zal haar ethanol-concentratie het laagst zijn.
De meting vindt ongeveer 1 uur na haar laatste alcoholische consumptie plaats
A
poortader
B
leverader
C
leverslagader

Slide 11 - Quiz

De lever zet ammoniak om in ureum. In de afbeelding zie je een gedeelte van een leverlobje.

In welk bloedvat tref je de hoogste concentratie ureum aan?

A
De leverader
B
De leverslagader
C
De poortader

Slide 12 - Quiz