cours 14 07 10 2024

1 / 22
suivant
Slide 1: Vidéo
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

BONJOUR HV1A
JE VOUS SOUHAITE LA BIENVENUE!

Slide 2 - Diapositive

Devoirs
leren
page 53 -  voc. E en F n-f f-n
page 54 - telwooren/nombres

Slide 3 - Diapositive

Programme

  • révision voc/nombres
  • nombres
  • bloc H - pronom personnel

Slide 4 - Diapositive

Objectifs
- Je kent de woorden die te maken hebben met "familie"

- Je kent de "persoonlijke voornaamwoorden"in het Frans

Slide 5 - Diapositive

We zijn gek op het bericht

Slide 6 - Question ouverte

We lachen altijd

Slide 7 - Question ouverte

révision 
v

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Diapositive

six
trois
dix-huit
douze
quatorze
neuf
vingt
quinze
3
15
14
20
9
6
12
18

Slide 11 - Question de remorquage

Bron H (p.48)
Je
ik
Tu
jij
Il
hij
Elle
zij (ev)
On
wij /men
Nous
wij
Vous
jullie, u
Ils
zij (m mv)
Elles
zij (v mv)
Een naam kun je vervangen door il /elle

Slide 12 - Diapositive

à faire
- exercices: 
30A, B, D

Slide 13 - Diapositive

retour réflexif 
v

Slide 14 - Diapositive

devoirs pour mercredi, 9 octobre
leren:
page 54 - telwooren/nombres 

+ persoonlijk vnw  (groene blok p.48 (uit het hoofd)
faire ex

Slide 15 - Diapositive

ik 
jij
hij  / zij / men
wij
jullie / u
zij
zij 
vous
je
nous
ils
il / elle / on
tu
elles

Slide 16 - Question de remorquage

Bron H p. 49
Het werkwoord AVOIR = hebben

Net als in het Nederlands moet je een 
werkwoord vervoegen.

Je zegt niet:

Ik hebben , maar ik heb


' J'ai
ik heb
Tu as
jij hebt
Il a
hij heeft
Elle a
zij (ev) heeft
On a
wij hebben /men heeft
Nous avons
wij hebben
Vous  avez
jullie hebben, u heeft
Ils ont
zij (m mv) hebben
Elles ont
zij (v mv) hebben

Slide 17 - Diapositive

Bron G (p.46-47)
Stomme H
De stomme H wordt niet uitgesproken : l'hôtel.
D,T,S
Meestal speek je  de D, T en S aan het eind van het woord niet uit.
Exercice 27a,b,c
Exercice 27d:  De schuingedrukte woorden kun je vervangen voor een ander woord. 

Slide 18 - Diapositive

Hoe oud ben jij?

Slide 19 - Question ouverte

Wat is jouw telefoonnummer?

Slide 20 - Question ouverte

Mijn nummer, dat is ...

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Diapositive