quiz 8.1 en 8.2

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

quiz 8.1 en 8.2

De industriële revolutie is .....

1. een gebeurtenis
2. een persoon
3. een verschijnsel
4. een ontwikkeling

Voor de Industriële Revolutie....

1. Leefde 90% van de bevolking in de stad
2. Was de verhouding platteland-stad 50-50
3. Leefde 90% van de bevolking op het platteland
4. weten wij niet hoe de verhoudingen waren

Deze les gaat over de industriële revolutie.

Wanneer was de industriële revolutie?

1. In de 18e eeuw
2. In de 19e eeuw
3. In de 20e eeuw
4. In de 21e eeuw

De industriële revolutie: 

1. Industriële revolutie: van machines naar handwerk ontstond in Frankrijk rond 1800
2. Industriële revolutie: van handwerk naar machines ontstond in Groot-Brittanie rond 1800
3. Industriële revolutie: van handwerk naar machine ontstond in Frankrijk rond 1800
4. Industriële revolutie: van handwerk naar machines ontstond in Frankrijk rond 1900

Wat is de Industriële Revolutie?

1. De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
2. De trek van het platteland naar de stad
3. De overgang van werken met de hand naar werken met machines
4. Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.

Wat was niet een oorzaak van de industriële revolutie?

1. Huisnijverheid: boeren wilden meer machines
2. Grondstoffen: grote hoeveelheden steenkool en ijzererts, en katoen uit de kolonies.
3. Verbeteringen in de landbouw leidden tot een voedsoverschot
4. Bevolkingsgroei: sterftecijfer daalde doordat er meer voedsel beschikbaar was

wat is urbanisatie?

1. mensen verhuizen van het platteland naar de stad, voor fabriekwerk.
2. mensen die verhuizen van de stad naar het platteland.
3. mensen verhuizen , omdat er geen platteland meer is
4. de groei van fabrieken

Drie uitvindingen:
1. Spinning Jenny
2. Schietspoel
3. Stoommachine van James Watt

Wat is de juiste volgorde?
Let op: van vroeg naar laat

1. 1-3-2
2. 3-2-1
3. 2-1-3
4. 2-3-1

De Schietspoel, de Spinning Jenny en het Waterframe waren:

1. Nieuwe landbouwmachines.
2. Namen van fabrieken.
3. Uitvindingen voor het sneller weven en spinnen.
4. Namen van kledingstukken.

Wat is het nadeel van de schietspoel en de Spinning Jenny?

1. Te ingewikkeld voor de mensen
2. Zijn onbetrouwbaar
3. Moeten nog met de hand bediend worden
4. zijn te groot om in huis te plaatsen

Bron 8 uit je tekstboek hoort bij

1. Handelskolonialisme
2. Industrieel kapitalisme
3. Handelskolonialisme en industrieel kapitalisme
4. Geen van beiden

Welke economische motieven waren er voor het modern imperialisme?

1. grondstoffen en afzetmarkten
2. arbeidskrachten en grondstoffen
3. slaven en afzetmarkten
4. grondstoffen en eindprodukten

Wat is modern imperialisme?

1. De Europese inspanningen om ervoor te zorgen dat de bevolking van de koloniën welvarend zou worden.
2. De Europese machtsuitbreiding in Azië en Afrika na 1870, waardoor grote koloniale rijken ontstonden.
3. De Europese ontdekkingsreizen in de zeventiende eeuw, met als doel de relatie tussen Europa en Azië te verbeteren.
4. Geen van de genoemde antwoorden is juist.

Wat was de Conferentie van Berlijn?

1. Een bijeenkomst om handelsverdragen met Afrikaanse landen te sluiten
2. Een bijeenkomst om de onafhankelijkheid van Afrikaanse landen te bespreken
3. Een bijeenkomst om de Europese koloniale bezetting in Azië te bespreken
4. Een bijeenkomst om Afrika te verdelen onder Europese machten

Duitsland verdeelt Afrika onder de Europese landen. Conferentie van Berlijn in 1884-1885.

Welke bewering past bij de afbeelding?

1. Kolonies in Afrika waren belangrijk voor Duitsland, omdat zij arbeiders leverde voor de opkomende Duitse industrie
2. Het werelddeel Afrika kwam als één kolonie in Duitse handen door de onderhandelingen van kanselier Bismarck tijdens de Conferentie van Berlijn
3. Duitsland wilde een grote wereldmacht worden, en daar hoorde het hebben van kolonies bij
4. Duitsland wilde net als Engeland en Frankrijk een kolonie om specerijen te kunnen verhandelen

Wat is het sociaal darwinisme?

1. Het idee dat de mens superieur is aan de andere organismes
2. Het idee dat door evolutie de blanke mens superieur is aan de andere 'rassen'
3. Het idee dat de blanke mens zich beter heeft aangepast aan zijn omgeving
4. Het idee dat alleen blanke mensen door evolueren, terwijl anderen dit niet meer doen

Nederland deed ook mee aan dit 'imperialisme' in Nederlands Indië.

Hoe heet het Nederlandse systeem?

1. Uitbuitstelsel
2. Verdienmodel
3. Productiestelsel
4. Cultuurstelsel

Het doel van het boek "Max Havelaar" was......

1. het verbeteren van het lot van de inlanders
2. dat Douwes Dekker zijn baan terugkreeg
3. dat Nederland de Indonesiërs zelfbestuur gaf
4. eerherstel voor Douwes Dekker

Wat is de sociale kwestie?

1. De armoede onder boeren in de 19e eeuw.
2. De wet kinderarbeid te verbieden.
3. De slechte levensomstandigheden van de arbeiders en het besef dat hier een oplossing voor moest komen
4. Wetten waarmee het leven van rijke mensen in de 19e eeuw beter zou moeten worden.

Welke nieuwe arbeidsomstandigheden ontstonden tijdens de industriële revolutie?

1. Een goede balans tussen werk en privé
2. Korte werkdagen en hoge lonen
3. Veilige werkomstandigheden
4. Lange werkdagen en lage lonen

Wat zijn de sociale gevolgen van de industriële revolutie?

1. oprichting van vakbonden en emancipatiebewegingen
2. kapitalisme, massaproductie
3. nieuwe groep: arbeiders, verstedelijking
4. landschapsverandering, milieuvervuiling, verstedelijking

Wie helpt de arbeiders? 

• Arbeiders gaan samenwerken in vakbonden:
• Socialistische vakbonden
• Confessionele vakbonden

Iedereen betaalde maandelijks een bedrag, daar werden lonen ven doorbetaald bij stakingen en ziekte.

Welk woord past hierbij?

Wie helpt de arbeiders? 

• Arbeiders gaan samenwerken in vakbonden:
• Socialistische vakbonden
• Confessionele vakbonden

Iedereen betaalde maandelijks een bedrag, daar werden lonen ven doorbetaald bij stakingen en ziekte.

Vakbonden

• Wat is een vakbond? 

Aan de slag

De chartisten

• 'People's charter' > chartisten (1838):

- algemeen mannenkiesrecht 21+
- jaarlijks geheime verkiezingen
- uitbreiding passief kiesrecht
- vergoeding parlemenstleden
- verdere herindeling kiesdistricten

- geen eisen op inkomen bezit bij verkiesbaar stellen.

- sociale wetgeving + andere actoren

Leg voor elke eis apart uit hoe deze kan zorgen voor meer democratie

The people's charter 1830

Bron 14 blz 167/8

examenopdracht

Gebruik de bron

De spreker op de bijeenkomst van de Chartisten legt een verband tussen twee kenmerkende aspecten van de negentiende eeuw.

3p Noem beide kenmerkende aspecten en geef aan wat volgens de spreker het verband tussen beide is.

examenopdracht

Bron

Op 24 september 1838 houden de Chartisten, een Engelse beweging voor algemeen kiesrecht, een massabijeenkomst in de buurt van Manchester. Eén van hun leiders, Joseph Rayner Stephens, houdt een toespraak. Het tijdschrift van de Chartisten schrijft daarover

Het grondbeginsel (…) waarvoor de spreker het woord voert, is het beginsel dat het recht erkent van iedere man om zijn huis te hebben en zijn vrouw en kinderen, met dezelfde zekerheid als elke andere man. Het vraagstuk van het algemeen kiesrecht is, als het er op aan komt, een mes en vork kwestie; het vraagstuk is een brood en kaas kwestie (…). Als iemand de spreker vraagt wat hij onder algemeen kiesrecht verstaat, dan zal hij antwoorden: dat iedere man in het land het recht heeft om een goede jas om zijn lijf te hebben, een comfortabel onderkomen als onderdak voor zichzelf en zijn familie, een goede maaltijd op tafel en niet meer werk dan nodig is om er gezond bij te blijven en zoveel loon voor dat werk dat het ruimschoots genoeg is en hem in staat stelt om alle zegeningen van het leven te genieten die een redelijk mens kan wensen. (Stormachtige toejuichingen).

mogelijk antwoord

Voor drie punten moeten twee kenmerkende aspecten worden genoemd, die met de bron te maken hebben én vervolgens moet er een verband tussen beide KA worden gemaakt.

DUS:

De twee KA’s: ‘de voortschrijdende democratisering’ en ‘de opkomst van de emancipatiebewegingen’, want de bron gaat over de strijd voor algemeen kiesrecht én over de rechten van de gewone man.

Het verband tussen beide KA’s: Volgens de schrijver is de emancipatie van de gewone man (de arbeiders) alleen mogelijk als er sprake is van algemeen kiesrecht. Alleen als gewone mannen ook mogen stemmen, zal het lot van de gewone mannen verbeteren.

Exit-ticket

Het oprichten van vakbonden en 'the people's charter past bij de maatschappelijke stroming socialisme.Beantwoord deze vraag in je schrift en laat het controleren.

Verklaar de opkomst van het socialisme. Leg het verschil uit tussen communisten en sociaal-democraten.