4.9 Schooltaalwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Nederlands Hoofdstuk: 4
1.	Lesopening
2.	Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.	Lesdoel (+ minicheck)
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie + afsluiting

1. Lesopening

Pak je boek en schrift van Nederlands, laat het nog even dicht. 

2. Leergebiedoverstijgende doelen

Zelfstandig leren

- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Voorbeeld: als er staat schrijf de zin over, doe je dat. 

Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 

Namen lln

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Namen lln

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

Namen lln

3. Lesdoel

Aan het eind van deze les; 

- kun je de betekenis van 10 schooltaalwoorden.

- begrijp je de betekenis van 10 moeilijke woorden uit teksten. 

Verdiept arrangement:

Namen lln. 

Huiswerk noteren + maken:

Les: 4.9

blz.: 157 t/m 159

opdr.: 26 t/m 27. 

Mini-check

Wat weet je al van het lesdoel?

Noteer een ander woord voor: toelichten.
Kun je je antwoord toelichten?

Noteer een ander woord voor: verhitten.
Als je vlees maakt, moet je dat eerst goed verhitten

Noteer een ander woord voor: trottoir.
Hij loopt over het trottoir.

Wie maakt wat:

3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:

les 4.9, opdr. 26 t/m 27, blz. 157 t/m 158

De rest doet mee met de instructie.

4. Instructie

* opdr. 26: 

1. Vul de woorden in de juiste zinnen in 

2. Hoef je niet te doen. 

3. noteer daarna de betekenis er achter. 

* opdr. 27: 

1. schrijf de vetgedrukte woorden over en de betekenis er achter. 

2. schrijf de vetgedrukte woorden over en de betekenis er achter. 

3 t/m 5: noteer een zin met de aangegeven woorden. 

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Lees en maak les 4.9 opdr. 26 + 27 op blz. 157 t/m 159

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?

Namen lln... kom aan de instructietafel zitten. 

Dan gaan we samen aan de slag. 

6. Zelfstandig werken

Je leest en maakt : les 4.9 blz. 158 t/m 159

V: opdr. 26 + 27  --> Namen lln

B: opdr. 26 + 27  --> Namen lln

I:  opdr. 26 + 27  --> Namen lln

Ben je klaar?

1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 

2. Huiswerk ander vak afmaken. 

3. Leren toets/lezen/woordzoeker. 

7. Evaluatie

- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 

Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee! 

Wat is de betekenis van het woord toelichten?

1. elk apart
2. goede reden
3. voor nu
4. het moet

Wat is de betekenis van het woord reeds?

1. het gebeurd vaak
2. al
3. mening die volgens jou waar is
4. uitleg geven

Wat is de betekenis van het woord trottoir?

Afsluiting

- Ruim je boek en schrift van NE op. 

Volgende lesuur: .......................