Carnavalsquiz

Carnavalsquiz
Wat weet jij van carnaval?
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1-4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Carnavalsquiz
Wat weet jij van carnaval?

Slide 1 - Diapositive

Van welk feest is carnaval altijd precies 40 dagen verwijderd?
A
Kerstmis
B
Pasen
C
Sinterklaas
D
Pinksteren

Slide 2 - Quiz

Slepen! Koppel de juiste carnavalsnaam aan de juiste originele naam van elke stad.
Den Bosch
Breda
Tilburg
Eindhoven
Oeteldonk
Kielegat
Lampegat
Kruikenstad

Slide 3 - Question de remorquage

Slide 4 - Vidéo

Even een paar vragen over dit filmpje:

1. Hoe heet deze vorm van optreden?
A
Kwekken
B
Tonproaten
C
Suppelen
D
Skonkletsen

Slide 5 - Quiz

2. Hopen dat je goed opgelet hebt: wat kreeg de vrouw in een echtscheidingszaak?
A
Het huis en de auto
B
Het huis en de kindjes
C
De auto en de kindjes
D
De centjes

Slide 6 - Quiz

3. De laatste vraag over dit filmpje: wat was de naam van deze advocaat?
A
Ad Vocaat
B
Bram Motnogiets
C
Dick
D
Advocaatje Slagroom

Slide 7 - Quiz

Sleep de juiste naam naar de juiste carnavalsartiest
Vieze Jack
Gullie
Snolle-bollekes
Bram-tas-Ties
Veul Gère
Lamme Frans

Slide 8 - Question de remorquage

De Oeteldonkse Prins heet traditioneel elk jaar Amadeiro. Deze naam is een anagram: de letters van een ander woord zijn gehusseld om dit woord te maken. Wat is het oorspronkelijke woord? Start met de letter 'O'



Slide 9 - Question ouverte

Talige kennis:
Wat betekent in Den Bosch het woord 'Durske'?
A
Meisje
B
Biertje
C
Een beetje dorst
D
Dutje

Slide 10 - Quiz

Welk woord uit een nieuwe carnavalskraker hoort er op de lege plaats?
Alle vrijgezellen en ongetrouwde stellen
Die houden van __________
Ook fotomodellen en hele oude vellen
Die houden van __________


A
frikandellen
B
bestellen
C
padellen
D
decibellen

Slide 11 - Quiz

Hoe heet de woensdag na carnaval?
A
Vastwoensdag
B
Aswoensdag
C
Krabwoensdag
D
Brakwoensdag

Slide 12 - Quiz

Wat betekent het woord carnaval?
A
Vaarwel feest
B
Vaarwel bier
C
Vaarwel vlees
D
Vaarwel

Slide 13 - Quiz

Hoe groet je iemand tijdens carnaval?
A
Hello, hello
B
Goedendag
C
Alaaf!
D
Dag!

Slide 14 - Quiz

Wat is het Carnavals-getal?
A
2
B
11
C
99
D
21

Slide 15 - Quiz

Hoe heet het nieuwe carnavalslied
van: VAN DER GOAT & SIKKIE SOMBRERO
A
VRIJ DÁÁNSE!
B
El Sombrero
C
Twee motten
D
Zes geiten

Slide 16 - Quiz

Hoe noemen we deze dans? Let op: je krijgt alleen punten als je het goed spelt!

Slide 17 - Question ouverte

Welk dier staat er in de gang met carnaval?
A
flamingo
B
hond
C
leeuw
D
paard

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je dit soort hoofddeksel?
A
mijter
B
keppel
C
steek
D
carnavalsmuts

Slide 19 - Quiz

Maak de zin af: Kom pas je lasso maar, ...
A
zo vangen cowboys indianen
B
en vang snel een tros bananen
C
en kijk naar de indianen
D
maar val niet over bananen

Slide 20 - Quiz

Fijne vakantie! 

Slide 21 - Diapositive