H1.3/4 (Het nut van) nadenken over levensvragen

• Levensbeschouwing
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Leerjaar 2 levensbeschouwing

Par. 1.3: Nadenken over levensvragen

Par. 1.4: Het nut van nadenken over je levensbeschouwing 

Levensbeschouwing: soorten levensvragen 

1. Wat is voor mensen/mij belangrijk in het leven?

2. Wie is de mens/wie ben ik?

3. Hoe leven mensen met elkaar samen/Hoe ga ik om met anderen?

4. Hoe gaan mensen om met lijden en dood/Hoe ga ik hiermee om?

5. Wat is tijd?

6. Wat is natuur/hoe ga ik om met natuur? 

Gemeenschappelijke levensbeschouwingen

Jodendom

Christendom

Islam

Hindoeïsme

Boeddhisme

Humanisme

Soorten levensbeschouwingen

• Theïsten: geloven in een god/goden
• A-theïsten: geloven niet in een god (god bestaat niet)
• Agnosten: twijfelaars, laten het open voor nu 
• Religie: geloven in een hogere macht (kan ook iets anders zijn dan een god)

Gebeurtenissen die levensvragen oproepen

Ziekte  

Ruzie  

Eenzaam  

Iemand verloren   

Geboorte broertje/zusje  

Succes hebben   

etc. 

Gebeurtenissen die levensvragen oproepen

Ziekte  

Ruzie  

Eenzaam  

Iemand verloren   

Geboorte broertje/zusje  

Succes hebben   

etc.

Welke vragen riepen de gebeurtenis bij jou op?

Welke vragen roepen de gebeurtenis bij een klasgenoot op? 

Zelf meegemaakt: verslag uitbreiden 

De vragen die jouw gebeurtenis bij je oproepen + de vragen die jouw klasgenoot had verwerk je duidelijk in het verslag. 

Geef daarbij per vraag aan of het volgens jou een gewone of een levensvraag is. Leg ook goed uit waarom dit zo is.

Van gewone situaties naar levensvragen 

Kleding kopen, wanneer heeft dat iets te maken met levensbeschouwing?

Levensvragen:

- Gaat over een mening

- Over wat belangrijk is in jouw leven

- Geen vast antwoord, antwoord kan veranderen

Filosoferen: nadenken over je levensbeschouwing

Jouw levensbeschouwing bij

een specifieke gebeurtenis 

of situatie

Antwoord geven op specifieke levensvragen 

bij die gebeurtenis 

Laat in je antwoorden zien hoe jij over de situatie denkt. Geef voorbeelden, waar komt het vandaan dat je zo denkt, waarom vind je het precies belangrijk (of niet)? Wat vind jij nog meer belangrijk?

Stel eventueel extra levensvragen om tot een uitgebreider antwoord te komen

Leerjaar 2 levensbeschouwing

Volgende keer: de opdracht