Cours de Noël
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Welk bericht heeft le père Noël voor jou?
A
of je zin hebt in Kerst?
B
of je cadeau's wil voor Kerst?
C
of je braaf bent geweest?
D
of je ook zo'n hekel aan Sinterklaas hebt?
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
Mots de Noël
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Vidéo
Wat is een 'lutin'
A
een muts
B
een elf
C
een kerststol
D
een rendier
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Slide 10 - Vidéo
Wat zegt le père Noël hier?
A
dat hij het fijn vindt brieven van je te ontvangen
B
dat hij een klaagbrief van Sinterklaas heeft ontvangen
C
dat hij een procesverbaal voor te hard rijden heeft gekregen
D
dat hij veel rekeningen heeft ontvangen
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Slide 14 - Diapositive
Différences NL F
Slide 15 - Carte mentale
Slide 16 - Vidéo
Wat zegt le père Noël hier
(antwoord in het Nederlands)
(antwoord in het Nederlands)
