Les 4 Spaans A1

In hoeveel landen wordt de Spaanse taal gesproken?
A
In meer dan twintig landen.
B
Alleen in Spanje
C
In elf landen
D
In Spanje en alle Latijns-amerikaanse landen
1 / 30
suivant
Slide 1: Quiz
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

In hoeveel landen wordt de Spaanse taal gesproken?
A
In meer dan twintig landen.
B
Alleen in Spanje
C
In elf landen
D
In Spanje en alle Latijns-amerikaanse landen

Slide 1 - Quiz

Welke andere officiële talen worden er in Spanje gesproken, naast het Spaans?
A
Castiliaans, Catalaans, Baskisch
B
Catalaans, Baskisch, Galicisch
C
Galicisch, Frans, Baskisch
D
Catalaans, Frans, Andalusisch.

Slide 2 - Quiz

Hoeveel mensen spreken er ongeveer Spaans?
A
350 miljoen
B
250 miljoen
C
500 miljoen
D
750 miljoen

Slide 3 - Quiz

Het land met de meeste Spaanstalige inwoners is ...
A
Spanje
B
Colombia
C
Argentinië
D
México

Slide 4 - Quiz

Hoe spreek je in het Spaans de volgende letters uit?
1. V(íctor) 4. U(riel) 7. C(armen)
2. Ll(ave) 5. G(ema) 8. C(elia)
3. J(uan) 6. G(abriel) 9. Z(uriñe)

Slide 5 - Question ouverte

In welke namen spreek je letters niet uit? Noteer de nummers:

1. Hugo 2. Gabriela 3. Miguel 4. Quique 5. Pablo 6. Juanita

Slide 6 - Question ouverte

Zet de nummers op volgorde van klein naar groot
B
C
D
G
E
F
H
A
ocho
once
quince
trece
cuatro
nueve
veinte
dieciocho

Slide 7 - Question de remorquage

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Nederlandse woord naar de juiste Spaanse vertaling. 
hola
buenas noches
buenos días
adiós
buenas tardes
hasta luego
goedemorgen
hallo
tot later
dag
goedemiddag
goedenavond

Slide 8 - Question de remorquage

vragen
Hoe heet je?
Hoe oud ben je?
Hoe gaat het?
¿Qué tal?
¿Cómo te llamas?
¿Cuántos años tienes?

Slide 9 - Question de remorquage

¿Cómo te llamas?
¿Cuántos años tienes?
¿De dónde eres?
¿Dónde vives?
¿Hablas inglés y holandés?
Me llamo Esther Smits.
Tengo 40 años.
Soy de
Holanda
Vivo en Naarden.
Hablo holandés, inglés, español y francés.

Slide 10 - Question de remorquage

8

Slide 11 - Vidéo

00:32
1. ¿Qué número tiene el chico?
2. ¿Cómo se llama?

Slide 12 - Question ouverte

00:45
1. ¿De dónde es la chica?
2. ¿Cuántos años tiene?

Slide 13 - Question ouverte

01:03
1.¿Cómo se llama la chica?
2.¿Cómo se llama el chico?
3. ¿Qué es "un bolígrafo"?*

Slide 14 - Question ouverte

01:24
1. ¿Cuál es el número de teléfono de Sonia?

Slide 15 - Question ouverte

01:49
1. ¿Cómo se llama el director de la serie?
2. ¿Cuántas hermanas tiene Pablo?
3. ¿Cuántos años tiene Pablo?

Slide 16 - Question ouverte

01:54
1. ¿Cuántos años tiene María?
2. ¿Cuántos años tiene Sonia?

Slide 17 - Question ouverte

02:01
¿De dónde es Pablo?

Slide 18 - Question ouverte

¿Cómo te llamas?
Geef antwoord in een Spaanse zin, met een Spaanse naam naar keuze.

Slide 19 - Question ouverte

¿Qué tal?
Geef antwoord in het Spaans.

Slide 20 - Question ouverte

¿Cuántos años tienes?
Geef antwoord in het Spaans.

Slide 21 - Question ouverte

¿Qué idiomas hablas?
Geef antwoord, en kies uit de volgende opties:
(holandes, inglés, francés, alemán, español)

Slide 22 - Question ouverte

¿De dónde eres?


Slide 23 - Question ouverte

¿Dónde vives?

Slide 24 - Question ouverte

¿De dónde eres?

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

¿Dónde vives?
Noteer in je schrift een stad waar je bent geweest en die je erg mooi vond.


Slide 27 - Diapositive

¿Dónde vives?
Noteer in je schrift een stad waar je bent geweest en die je erg mooi vond.


Slide 28 - Diapositive

02:35
Welke nummers zijn geselecteerd?

Slide 29 - Question ouverte

Maak nu de leesopdracht achter op je blad.

Slide 30 - Diapositive