Wiskunde H2 basis

Wiskunde!
Wiskunde

H2 Getallen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Wiskunde!
Wiskunde

H2 Getallen

Slide 1 - Diapositive

Getallen
Een getal is opgebouwd uit cijfers.

Met cijfers kun je dus getallen maken.

Je kunt met dezelfde cijfers, verschillende getallen maken.

bijvoorbeeld met 1, 2 en 3: 123     of     321     of     231 etc.     

Slide 2 - Diapositive

Hoeveel verschillende cijfers zijn er?
A
2
B
9
C
10
D
ontelbaar

Slide 3 - Quiz

Positietabel
In een positietabel kun je een getal invullen.
Het bevat:   Duizendtallen
                         Honderdtallen
                         Tientallen
                         Eenheden

Slide 4 - Diapositive

Wat voor getal is het cijfer 4 in:

52.416
A
Duizendtal
B
Honderdtal
C
Tiental
D
Geen van allen

Slide 5 - Quiz

Getallen vergelijken
<   betekent "is kleiner dan"
>   betekent "is groter dan"
=   betekent "is gelijk aan"

Slide 6 - Diapositive

Getallen vergelijken
10  <  20
20  >  10
10  =  10     of     2 x 5  =  10    

Slide 7 - Diapositive

Welke teken hoort op de puntjes te staan?

50.000 ... 10.000
A
>
B
<
C
=

Slide 8 - Quiz

Welke teken hoort op de puntjes te staan?

100 ... 200
A
>
B
<
C
=

Slide 9 - Quiz

Welke teken hoort op de puntjes te staan?

5 x 5 ... 25
A
>
B
<
C
=

Slide 10 - Quiz

Decimaal getal
Een decimaal getal is een getal waar een KOMMA in staat.
De cijfers achter de komma heten DECIMALEN.

3,65

7,148

Slide 11 - Diapositive

Hoeveel decimalen heeft dit getal?

1,2345
A
5
B
4
C
1
D
0

Slide 12 - Quiz

Afronden
Wat is afronden?
Soms heel handig, soms ook niet... Voorbeeld?

Afronden kan op een heel getal.
Afronden kan op een decimaal getal.

= (is gelijk aan)     ≈ (is ongeveer)


Slide 13 - Diapositive

Afronden
Bij afronden op een heel getal kijk ja naar het 1e decimale getal.
Is dit een 5 of hoger?   Is dit een 4 of lager?




14,792  ≈   

Slide 14 - Diapositive

Afronden
Bij afronden op een heel getal kijk ja naar het 1e decimale getal.
Is dit een 5 of hoger?   Is dit een 4 of lager?




14,792  ≈  15

Slide 15 - Diapositive

Rond dit getal af op een heel getal:

7,6391
A
7
B
8
C
6
D
7,6

Slide 16 - Quiz

Afronden
Afronden op een 1 decimaal kijk ja naar het 2e decimale getal.
Is dit een 5 of hoger?     Is dit een 4 of lager?




3,2 ≈  

Slide 17 - Diapositive

Afronden
Afronden op een 1 decimaal kijk ja naar het 2e decimale getal.
Is dit een 5 of hoger?     Is dit een 4 of lager?




3,2 ≈  3,2

Slide 18 - Diapositive

Rond dit getal af op een decimaal:

13,731
A
14
B
13,6
C
13,7
D
13,8

Slide 19 - Quiz

Rond dit getal af op drie decimaal:

1,23456
A
1,235
B
1,234
C
1,233
D
1,23

Slide 20 - Quiz

Rond dit getal af op drie decimaal:

9,9999
A
9,999
B
10,999
C
10,000
D
dat kan niet

Slide 21 - Quiz

Huiswerk maken
1.  Ontwikkelpunten 

2. Huiswerkopgave   ->   verlopen opgaven

3. Huiswerkopgave  ->   open opgaven

4. Ontwikkelpunten


Slide 22 - Diapositive