Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Wat zijn voorbeelden van cultuurelementen?
A
taal, geloof, sportprestaties
B
geloof, kleding, huidskleur
C
voedsel, geloof, taal
D
haarkleur, regels, liefdesrelaties.
Slide 1 - Quiz
De Nederlandse bevolking groeit doordat meer mensen in Nederland komen wonen dan dat er mensen Nederland verlaten. Welk begrip past hierbij?
A
Buitenlandse migratie
B
Vluchteling
C
Natuurlijke bevolkingsgroei
D
Sociale bevolkingsgroei
Slide 2 - Quiz
Bij welk type land past deze bevolkingsdiagram?
A
Een arm land
B
Een ontwikkelend land
C
Een rijk land
D
Geen van allen
Slide 3 - Quiz
Wat is het belangrijkste kenmerk wat we aflezen in een bevolkingsdiagram?
A
Het aantal mannen
B
De leeftijdsopbouw
C
Het aantal vrouwen
D
Welk jaartal van de bevolking
Slide 4 - Quiz
Welk cultuurelement zie je op de afbeelding?
A
Verstand
B
Manier van samenleven
C
Zichtbare elementen
D
Geloof
Slide 5 - Quiz
De manier waarop mensen over een gebied zijn verspreid, noem je ...
A
bevolkingsdichtheid
B
bevolkingsdiagram
C
cultuurgebied
D
bevolkingsspreiding
Slide 6 - Quiz
De bevolkingsdichtheid in de bergen is.....
A
extreem hoog
B
extreem laag
C
gemiddeld
Slide 7 - Quiz
Bereken de bevolkingsdichtheid. Aantal inwoners 500 Oppervlakte 2 km²
A
1.000
B
250
C
50
D
500
Slide 8 - Quiz
In welk land zal de levensverwachting het hoogst zijn?
A
Nigeria
B
Rusland
C
India
D
België
Slide 9 - Quiz
Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving? ´Iemand die zijn land verlaat en zich in een ander land vestigt.´
A
Immigrant
B
natuurlijke bevolkingsgroei
C
Migratie
D
Emigrant
Slide 10 - Quiz
De bevolkingsdichtheid van een gebied is 50-100. Wat betekent dit?
A
Er wonen gemiddeld 50-100 mensen op een vierkante kilometer.
B
De steden hebben gemiddeld 50-100 000 inwoners.
C
In dit gebied wonen
gemiddeld 50-100 miljoen mensen.
D
Op iedere vierkante kilometer wonen 50-100 mensen.
Slide 11 - Quiz
Mensen verlaten hun woonplaats om te verhuizen naar een ander gebied om verschillende redenen. Deze redenen kan je indelen in vier groepen. Welke van onderstaande groepen redenen hoort NIET bij deze vier groepen?
A
Economische redenen
B
Politieke redenen
C
Ecologische redenen
D
Culturele redenen
Slide 12 - Quiz
In Afghanistan is in 2017 de levensverwachting 50 jaar. Wat betekent dat?
A
De gemiddelde leeftijd van de bevolking van Afghanistan is 50 jaar.
B
De kinderen die in 2017 in Afghanistan werden geboren sterven in 2067.
C
In Afghanistan worden de mensen niet ouder dan 50 jaar.
D
Kinderen die in 2017 in Afghanistan werden geboren worden gemiddeld 50 jaar.
Slide 13 - Quiz
Welke zin gaat niet over cultuur?
A
Steeds meer mensen in Nederland zijn vegetariër
B
Neuspeuteren in gezelschap is erg onbeleefd.
C
In Engeland zijn er meer roodharigen dan in Nederland.
D
In Japan eten mensen met stokjes.
Slide 14 - Quiz
Welk kenmerk past niet bij deze bevolkingsdiagram?
A
Laag geboortecijfer
B
Arm land
C
Grote gezinnen
D
Veel kinderen
Slide 15 - Quiz
De wereldbevolking is gegroeid. Waar komt die groei vooral door?
A
Er worden meer kinderen geboren en de levens-verwachting is gedaald.
B
Er worden meer kinderen geboren en het aantal sterf-gevallen is toegenomen.
C
De levensverwachting is gestegen en het aantal sterf-gevallen is toegenomen.
D
Mensen worden gemiddeld ouder en er worden meer kinderen geboren.