Logistiek - Hfst 7 voorraadbeheer

Hoofdstuk 6 - voorraadbeheer
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 6 - voorraadbeheer

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
- Weet jij het verschil tussen minimum- en maximumvoorraad
- Weet jij waarom er een veiligheidsvoorraad is
- Kan jij berekenen hoeveel stuks besteld moeten worden.
- Kun jij gemiddelde voorraad, economische voorraad en technische voorraad berekenen. 


Slide 2 - Diapositive

Wat is een voorraad?

Slide 3 - Question ouverte

Minimumvooraad vs maximumvoorraad
Minimumvoorraad moet je minimaal hebben in je voorraad om nee-verkoop te voorkomen. Ander woord is ijzeren voorraad.

Maximumvoorraad moet je maximaal in je voorraad hebben. 
De maximale voorraad is afhankelijk van:
Ruimte in het magazijn. (vol = vol)
- Rente
- Ruimte
- Risico

Slide 4 - Diapositive

Veiligheids-voorraad
- Schommeling in vraag
(seizoensproducten, rage-artikelen etc)
- Onbetrouwbare leveringen opvangen
- Voorkomen nee-verkoop

De extra artikelen die je voor de veiligheid toevoegt aan de minimumvoorraad!

Slide 5 - Diapositive

Bestelpunt
Op het bestelpunt (=hoogte van voorraad) wordt nieuwe voorraad besteld. Je hebt dan op tijd nieuwe voorraad binnen om nee verkoop te voorkomen.
Minimumvoorraad + veiligheidsvoorraad
Formule:
(Levertijd x gemiddelde verkoop) + veiligheidsvoorraad
gemiddelde verkoop = Afzet

Slide 6 - Diapositive

Je verkoopt chocolade repen. Er liggen 150 repen in het magazijn. Er liggen 20 repen in de winkel. Hoeveel is je voorraad?
A
150
B
120
C
170
D
130

Slide 7 - Quiz

Wat is een ander woord voor minimumvoorraad?
A
IJzeren voorraad
B
Gouden voorraad
C
Metalen voorraad
D
Paarse voorraad

Slide 8 - Quiz

Stel, je werkt in een speelgoedwinkel.
De voorraad kleurpotlodensets van het merk Twins raakt snel op. De leverancier levert binnen twee dagen.
Normaal verkoop je iedere dag 10 sets.
Wat is de minimumvoorraad van de kleurpotlodenset?
A
10
B
20
C
30
D
40

Slide 9 - Quiz

Dezelfde speelgoedwinkel verkoopt ook voetballen.
De leverancier levert binnen vijf dagen.
Normaal verkoop je iedere dag 5 voetballen
Wat is de minimumvoorraad van de voetballen?
A
5
B
10
C
20
D
25

Slide 10 - Quiz

Waarom is er een maximumvoorraad?

Slide 11 - Question ouverte

De ruimte in je magazijn heeft invloed op...
A
maximumvoorraad
B
minimumvoorraad
C
ijzeren voorraad
D
voorraadadministratie

Slide 12 - Quiz

Bestellen
Artikel
Minimumvoorraad
Maximumvoorraad
Voorraad
Tekort
Catan
20
40
12
??

Slide 13 - Diapositive

De minimumvoorraad is 20
De maximumvoorraad is 40
Op voorraad zijn er 12
Hoeveel moet je er bijbestellen?

Slide 14 - Question ouverte

De minimumvoorraad is 10
De maximumvoorraad is 50
Op voorraad zijn er 18
De besteleenheid is 10
Hoeveel moet je er bijbestellen?

Slide 15 - Question ouverte

De verschillende voorraden
1. Economische voorraad = de voorraad die beschikbaar is voor verkoop. 

economische voorraad = technische voorraad + bestelde (maar nog niet binnengekomen) artikelen - verkochte (maar nog niet afgeleverde) artikelen

Slide 16 - Diapositive

De verschillende voorraden
2. Technische voorraad = de voorraad die in het bedrijf aanwezig is. Dit noemen we ook wel geïnventariseerde voorraad of de werkelijke voorraad.

Slide 17 - Diapositive

Economische voorraad =
A
Technische voorraad + besteld - verkochte
B
levertijd x dagafzet + gewenste voorraad
C
de werkelijke voorraad
D
de ijzeren voorraad

Slide 18 - Quiz

Voorraad telefoons = 10
Verkocht = 5
In bestelling = 6
Hoe groot is de economische voorraad nu?
A
10
B
21
C
5
D
11

Slide 19 - Quiz

Gemiddelde voorraad
Om te voorkomen dat je te veel of te weinig bestelt, moet je weten wat de gemiddelde voorraad is. De gemiddelde voorraad is de gemiddelde hoeveelheid artikelen die in een bepaalde periode in voorraad is. 

Beginvoorraad = de hoeveelheid artikelen die in voorraad is aan het begin van de aangegeven periode.
Eindvoorraad = de hoeveelheid artikelen die in voorraad is aan het einde van een aangegeven periode.
Gemiddelde voorraad = de gemiddelde hoeveelheid artikelen die in een bepaalde periode in voorraad is.

Slide 20 - Diapositive

Formule gemiddelde voorraad


Gemiddelde voorraad = beginvoorraad + eindvoorraad 
                                                  2

Slide 21 - Diapositive

Voorbeeld

Slide 22 - Diapositive

Sabina en Ferhaan hebben een kleding winkel, Sheraan. De voorraadgegevens zijn:
1 januari: €200.000
31 december: €300.000
Hoe groot is de gemiddelde voorraad?
A
€200.000
B
€300.000
C
€250.000
D
€500.000

Slide 23 - Quiz

Opdracht
Maken opdracht 7.01 t/m 7.13

Slide 24 - Diapositive