Les 2 soorten botten

Soorten botten
Les 2, VAFAT
Periode 3


1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Soorten botten
Les 2, VAFAT
Periode 3


Slide 1 - Diapositive

Lesdoel les 2
Je hebt kennis van het bewegingsapparaat; de spieren, opbouw van het skelet en de botten.

Slide 2 - Diapositive

Even opfrissen
Korte Quiz

Slide 3 - Diapositive

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit ongeveer...?
A
500 botten
B
206 botten
C
350 botten
D
150 botten

Slide 4 - Quiz

Stelling:
.....is een functie van het skelet.
A
Beweging
B
Bescherming
C
Opslag van mineralen en energie
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 5 - Quiz

Waar worden bloedcellen in het bot aangemaakt?
A
Gele beenmerg
B
Sponsachtig weefsel
C
Rode beenmerg
D
Bloedvaten

Slide 6 - Quiz

Welk mineraal heeft de mens nodig voor onze botten?
A
Kalium
B
Ijzer
C
Natrium
D
Calcium

Slide 7 - Quiz

Het botweefsel bestaat uit botmatrix en botcellen.
Waar bestaat botmatrix uit?
A
Collageenvezels en calciumfosfaat
B
Collageenvezels en kalium
C
Eiwitvezels en natriumfosfaat.
D
Calcium en magnesium

Slide 8 - Quiz

Hoe wordt de buitenkant van het bot genoemd?
A
Compacte botweefsel
B
Endotheel
C
Sponsachtig botweefsel
D
Bindvlies

Slide 9 - Quiz

Wat is geen functie van het botvlies?
A
Het vormen van een barrière rondom het bot
B
Het zorgen voor extra stevigheid
C
Het vormen van een aanhechtingsplaats voor pezen
D
Het vormen van een aanhechtingsplaats voor ligamenten (banden)

Slide 10 - Quiz

De binnenste laag van het botvlies bevat botvormende cellen. Dit zijn:
A
Osteocyten
B
Osteoclasten
C
Osteoblasten
D
Osteonen

Slide 11 - Quiz

Botvorming en groei

Slide 12 - Diapositive

Botgroei zowel in de lengte als in de breedte.
Lengtegroei vindt plaats vanuit.......
A
De uiteinden (epifyse)
B
De schacht(diafyse)
C
De groeischijf
D
Het botvlies

Slide 13 - Quiz

Botgroei:
Bot groeit in de lengte als in de breedte.
Lengtegroei
  • Vanuit de groeischijf kan het bot in de lengte groeien.
  • In de groeischijf kan nieuw kraakbeen worden gemaakt.
  • Tot het einde van de puberteit vindt botvorming vanuit het kraakbeen van de groeischijf plaats. Na de puberteit verdwijnen de groeischijven.
  • Je bent uitgegroeid.

Slide 14 - Diapositive

Botgroei
Waar? Uiteinden van de pijpbeenderen, kaak, heupen

Wat? Kraakbeencellen zitten in groeischijven. 

Wat gebeurt er als je stopt met groeien? Groeischijven waren van kraakbeen, worden van been

Slide 15 - Diapositive

Breedtegroei:
  • Appositionele groei.
  • Nieuw botweefsel wordt onder het botvlies aangemaakt. d.m.v. osteoblasten.
  • Het bot wordt dan steeds dikker.



Slide 16 - Diapositive

Botvorming:

  • Vanuit kraakbeen (endochrondale botvorming)
  • Vanuit bindweefsel (intramembraneuze botvorming)

Slide 17 - Diapositive

Opdracht 1
Beschrijf hoe botvorming vanuit kraakbeen en bindweefsel plaatsvindt. 
Raadpleeg hierbij betrouwbare bronnen van internet. 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Soorten botten
Pijpbeenderen
Korte beenderen
Platte beenderen
Onregelmatige beenderen

Slide 20 - Diapositive

Opdracht 2
Zoek de betekenis op van de verschillende soorten beenderen.
Geef daarbij enkele voorbeelden.

Slide 21 - Diapositive

Afsluiting
Vragen?                              Doelen bereikt?      Wat vond je van de les?






Slide 22 - Diapositive

Huiswerk voor volgende week
Voorbereidingsopdracht deelopdracht 2

Slide 23 - Diapositive

Einde van de les

Slide 24 - Diapositive