1HA words Unit 2

1HA words Unit 2
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

1HA words Unit 2

Slide 1 - Diapositive

NE - EN

Slide 2 - Diapositive

(lange) broek

Slide 3 - Question ouverte

dragen

Slide 4 - Question ouverte

(lange) jas = coat
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

maat

Slide 6 - Question ouverte

een datum afspreken

Slide 7 - Question ouverte

groente = vegatable
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

groente = vegetable
Niet vegatable zoals in de vorige slide.

Slide 9 - Diapositive

schilderen

Slide 10 - Question ouverte

woensdag

Slide 11 - Question ouverte

Let op! 
Dagen van de week en maanden schrijf je altijd met een hoofletter.
maandag = Monday
maart = March

Slide 12 - Diapositive

schrijven = writing
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quiz

schrijven = to write
Bij een heel werkwoord gebruik je nooit een -ing vorm.

Slide 14 - Diapositive

EN-NE

Slide 15 - Diapositive

to recommend

Slide 16 - Question ouverte

tie

Slide 17 - Question ouverte

organic

Slide 18 - Question ouverte

questionnaire = vragenlijst
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

throughout

Slide 20 - Question ouverte