1kgt - Taalverzorging lidwoorden + hoofdletters leestekens

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Nederlands          1kgt

Lezen

Wat gaan we doen?

Taalverzorging

* Terugblik vorige les over werkwoorden

* Nieuwe leerstof over lidwoorden + hoofdletters en leestekens

Wat ga je leren deze les?

Aan het eind van de les:

> Kun je lidwoorden herkennen en gebruiken in zinnen. 

> Weet je wanneer hoofdletters en leestekens gebruikt moeten worden in zinnen.

Maar eerst een terugblik

> H1 Taalverzorging

Werkwoorden

---> DOEN! <---

Welke woorden zijn werkwoorden?

 Lopen -racen - tussen - moeten - kado - telefoon - telefoneren

Welke woorden zijn werkwoorden?

 Lopen - racen -  moeten -  telefoneren

Taalverzorging > Grammatica

Nederlandse taal: woordsoorten 

Welke woordsoorten ken je al?

VIDEO NN

Startopdracht

Verdeel onderstaande woorden in twee groepen: welke horen bij elkaar? Er zijn verschillende goede oplossingen.

dat - de - deze - die - dit - het

Taalverzorging > Grammatica

3 lidwoorden 

2 soorten

DE / HET ------------------------------ ---------> EEN

Bepaalde lidwoorden                                                onbepaald lidwoord

VIDEO NN

Verwijswoorden

De auto 

'Deze auto' en 'De auto die daar staat'

Het huis  

'Dit huis' en 'Het huis dat daar staat'

Video NN

Aan de slag in NN

Maak opdracht 1, 2 en 3.

in NN H1 Taalverzorging formuleren

Volgende onderwerp van Taalverzorging h1 

Kijk naar de tekst

Wat valt je op?

0

Wat heb je onthouden?

hoofdletters --> 

punt -->

uitroepteken -->

vraagteken -->

Aan de slag

Maak opdracht 1 en 2 

in NN H1 Taalverzorging leestekens 

Doel behaald?

> Herken je lidwoorden?

> Kun je lidwoorden gebruiken?

> Weet je nu wanneer je hoofdletters en leestekens moet gebruiken?

Bij welke woordsoort hoort het woord 'de'?

Noem een onbepaald lidwoord

Bij welke woordsoort hoort het woord opstaan?

Hoeveel LW en WW telt deze zin?
Ik loop naar de deur, pak mijn fiets en race naar een winkel.

Met of zonder hoofdletter?

1. maandag
2. Maandag

Met of zonder hoofdletter?

1. Maaike
2. maaike

Met of zonder hoofdletter?

1. Amsterdam
2. amsterdam

Met of zonder hoofdletter?

1. vmbo
2. VMBO

Met of zonder hoofdletter?

1. friesland
2. Friesland

Met of zonder hoofdletter

1. Geschiedenis
2. geschiedenis

Met of zonder hoofdletter?

1. aardrijkskunde
2. Aardrijkskunde

Goed of fout?
Januari



Zij is jarig in Januari.

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
ik ga op vakantie naar Zwitserland.

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
Met Pasen ben ik een weekend weg.

1. Goed
2. Fout

Welk leesteken komt aan het einde?
Hoe gaat het met je

1. Vraagteken
2. Uitroepteken
3. Punt

Welk leesteken komt aan het einde?
Houd je mond

1. Vraagteken
2. Uitroepteken
3. Punt

Goed of fout?
Mama vroeg: "Wat wil je eten?"

1. Goed
2. Fout

Huiswerk

> t/m opdr. 5 afhebben van Taalverzorging lidwoorden

 

> t/m opdr. 5 afhebben van Taalverzorging hoofdletters en leestekens

Oefenen ww

1. Je hebt twee kaartjes

2. Je hoort een woord, bedenk of het een ww is of een ander woord

3. Steek het juiste kaartje in de lucht.

De en het spel

1. Schrijf 5 zelfstandig naamwoorden op, die je ziet in de klas;

2. Zet het juiste bepaalde lidwoord (de of het) ervoor;

3. probeer woorden op te schrijven waarvan je denkt dat niet iedereen ze opschrijft.