Nederlands klas 4 spelling les 1

Spelling meervouden
- meervoud op -en
- meervoud op -s
- meervoud op -ën
- meervoud op -n
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Spelling meervouden
- meervoud op -en
- meervoud op -s
- meervoud op -ën
- meervoud op -n

Slide 1 - Diapositive

Meervouden
Veel zelfstandige naamwoorden hebben een meervoud.

Dit meervoud kan op verschillende manieren worden gevormd: 
- meervoud op -en
- meervoud op 's
- meervoud op -s

Slide 2 - Diapositive

meervoud
A
kroketten
B
kroketen

Slide 3 - Quiz

Meervoud: wat is het meervoud van piano?
A
pianos
B
pianoos
C
piano's
D
pianoo's

Slide 4 - Quiz

6. meervouden

Wat is het meervoud van rotzooi?
A
rotzoois
B
rotzooien
C
rotzooiën
D
rotzooi

Slide 5 - Quiz

Meervoud van:
haar
A
haren
B
haaren

Slide 6 - Quiz

meervouden

Wat is het meervoud van idee?
timer
0:30
A
idees
B
ideeen
C
ideeën
D
ideën

Slide 7 - Quiz

Meervoud van Ski

Slide 8 - Question ouverte

Meervoud van huis

Slide 9 - Question ouverte

Meervoud van slaapzak

Slide 10 - Question ouverte

Meervoud van twee

Slide 11 - Question ouverte

Een voltooid deelwoord: D of T
Bellen
Tekenen
Maken
Tikken

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Wat is een voltooid deelwoord?
A
ik
B
heb
C
vandaag
D
gegeten

Slide 14 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord?
A
loop
B
liep
C
gelopen

Slide 15 - Quiz

Voltooid deelwoord
A
Hij heeft gestund
B
Hij heeft gestundt
C
Hij heeft gestunt
D
Hij heeft gestuntt

Slide 16 - Quiz

Wat is geen voltooid deelwoord?
A
geslapen
B
geweest
C
blijven
D
gegeten

Slide 17 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord?
A
Heeft
B
juffrouw De Jong
C
de cadeaubon
D
gedaan

Slide 18 - Quiz

Voltooid deelwoord
A
Het hout is opgebrandt.
B
Het hout is opgebrand.

Slide 19 - Quiz

Wat is geen voltooid deelwoord?

A
gebeeldhouwd
B
gestofzuigd
C
gebekvecht
D
weggevliegd

Slide 20 - Quiz

Oefenen
Maak blok 5 taalverzorging onderdeel spelling

Slide 21 - Diapositive