Literatuur ne-en: vertelinstantie en perspectief

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Welke ik-verteller lijkt het meest op de alwetende verteller?
A
de vertellende ik
B
de belevende ik

Slide 9 - Quiz

Toelichting
De vertellende ik lijkt het meest op de alwetende verteller, omdat hij een verhaal vertelt dat al achter de rug is. De verteller kent zijn eigen geschiedenis en kan dus commentaar leveren op de gebeurtenissen, vooruitwijzen en vertellen over zijn ervaringen in het verleden.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat voor verteller herken je in fragment 1?
A
personale verteller
B
ik-verteller
C
alwetende verteller

Slide 15 - Quiz

Het perspectief in fragment 1 is...
A
objectief
B
subjectief

Slide 16 - Quiz

Toelichting perspectief
 
Het perspectief in fragment 1 is enkelvoudig en daarmee subjectief. Je ziet immers alles vanuit één personage, de ik-verteller, en zodoende krijg je dus ook maar één visie op de gebeurtenissen.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Wat voor verteller herken je in fragment 2?
A
personale verteller
B
ik-verteller
C
alwetende verteller

Slide 20 - Quiz

Toelichting verteller
 
In de zin "Ver, ver weg in de tweede wereldoorlog woonde een zekere Anton Steenwijk met zijn ouders en zijn broer aan de rand van Haarlem", is een alwetende verteller aan het woord.

Slide 21 - Diapositive