Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Klas 2 - Chapitre 2 - F
1 / 18
suivant
Slide 1:
Diapositive
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
18 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Aujourd'hui
Vocabulaire E
Réviser l'adjectif (bijv. nw)
Lire F: ex. 24 - 26
Le but:
een tekst begrijpen over bijzondere huizen
Slide 2 - Diapositive
La maison de tes rêves + 5 mots
Slide 3 - Question ouverte
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over:
A
een werkwoord
B
een bijwoord
C
een persoonlijk voornaamwoord
D
een zelfstandig naamwoord
Slide 4 - Quiz
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
-e
meervoud
-s
-es
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
petit
petit
e
meervoud
petit
s
petit
es
Het bijvoeglijk naamwoord
Slide 5 - Diapositive
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
La fleur est vert.
B
La fleur est verte.
Slide 6 - Quiz
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
Le lit est grand.
B
Le lit est grande.
Slide 7 - Quiz
Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
A
Elle porte une robe bleue.
B
Elle porte une robe bleus.
C
Elle porte une robe bleu.
D
Elle porte une robe bleues.
Slide 8 - Quiz
Les cheveux sont (zwart)
A
noir
B
noire
C
noirs
D
noires
Slide 9 - Quiz
Onregelmatige bijvoeglijk naamwoorden
man. enk.
vrouw. enk.
man. mv
.
vrouw. mv.
vertaling
beau
belle
beaux
belles
mooi
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
nieuw
vieux
vielle
vieux
vieilles
oud
bon
bonne
bons
bonnes
goed
Slide 10 - Diapositive
Elle est (mooi)
A
beau
B
belle
C
beaux
D
belles
Slide 11 - Quiz
Ils sont (nieuw)
A
nouveau
B
nouveaux
C
nouvelle
D
nouvelles
Slide 12 - Quiz
Mes grand-mères sont (oud)
A
vieux
B
vieille
C
vieux
D
vieilles
Slide 13 - Quiz
Het bijvoeglijk naamwoord staat meestal ... het zelfstandig naamwoord
A
Voor
B
Achter
Slide 14 - Quiz
Plaats
In het Frans staat het bijv. nw. meestal
achter
het zelfst. nw.
Uitzonderingen (dus
vóór
het zelfst. nw):
beau
- mooi
bon
- goed
leren F-N & N-F!
vieux
- oud
nouveau
- nieuw
petit
- klein
grand
- groot
Slide 15 - Diapositive
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
Le grande lit
B
Le grand lit
C
Le lit grand
D
Le lit grande
Slide 16 - Quiz
J'ai une ....
A
beau chambre
B
chambre beau
C
belle chambre
D
chambre belle
Slide 17 - Quiz
Il a un ...
A
vieille chien
B
chien vieuxe
C
chien vieille
D
vieux chien
Slide 18 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Klas 2 - Chapitre 2 - hh D
Janvier 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Klas 2 - Chapitre 2 - D
Novembre 2023
- Leçon avec
21 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Klas 2 - Chapitre 2 - D
Décembre 2023
- Leçon avec
16 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Klas 2 - Chapitre 2 - Bijvnw
Novembre 2023
- Leçon avec
11 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
atelier 3.2 - 33
Mai 2020
- Leçon avec
35 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
22-05-2024 Z1B bijv naamwoord
Mai 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Trede 9 - Herhaling voor de toets
Juin 2023
- Leçon avec
48 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Het bijvoeglijk naamwoord
Juin 2022
- Leçon avec
19 diapositives
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1