Wk 04+05 3M FR online

Bonjour!
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bonjour!

Slide 1 - Diapositive

Comment tu te sens aujourd'hui?
fâché / mal / ça va / bien / formidable
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

Quelle est la date d'aujourd'hui?

Slide 3 - Question ouverte

Qu'est-ce qu'on va apprendre?
Wat gaan we leren?
We herhalen lesstof van vorige lessen.
Je maakt verder kennis met chapitre 3 door opdrachten te maken en vragen te beantwoorden.
Aan het einde van deze les weet je welke onderdelen je moet kennen doordat die herhaald zijn in deze les en weet je welke vocabulaire en grammatica er behandeld wordt in hoofdstuk 3.
Op de volgende slide krijg je leertips.

Slide 4 - Diapositive

leertips
Lees de opgaven goed voordat je antwoordt.
Geef altijd antwoord ook als je twijfelt want jouw antwoord kan goed zijn.
Onthoud welke onderdelen je niet goed wist te beantwoorden.
Die moet je gaan oefenen en leren om achterstanden weg te werken.
Bonne chance!

Slide 5 - Diapositive

Wat zeg je in het Frans als je elkaar wil begroeten?

Slide 6 - Question ouverte

De titel van chapitre 3 is:
A
Vivre en France, la vie en France
B
Bon vivant en France et les français
C
Vive la France, vive le français
D
Bien vivre en France, les français

Slide 7 - Quiz

Als je sportinstructeur wil worden dan kies je de volgende vakken:
A
la géo, le français, l'allemand
B
la gym, les maths, la biologie
C
l'anglais, l'économie, la chimie
D
le français, l'allemand, l'anglais

Slide 8 - Quiz

Alice: "David, quelle est ta matière préférée?"
Wat vraagt Alice aan David?

A
Waar ben je goed in?
B
In welke klas zit je?
C
Wat vind je niet leuk op school?
D
Wat is jouw lievelingsvak?

Slide 9 - Quiz

Hoe kun je in het Frans vragen naar iemands lievelingsvak?

Slide 10 - Question ouverte

Hoe vraag je in het Frans in welke klas de ander zit?

Slide 11 - Question ouverte

'C'est la chimie, parce que j'aime les matières scientifiques'.
A
Dat is scheikunde, omdat ik exacte vakken leuk vind.
B
Dat is chemisch, want ik houd van science fiction materiaal.
C
Dat is wiskunde, omdat ik van dat soort vakken houd.
D
Dat is scheikundig materiaal wat ik leuk vind.

Slide 12 - Quiz

Hoe kun je in het Frans zeggen dat je iets niet weet?

Slide 13 - Question ouverte

Wat weet je al over 'futur simple'?

Slide 14 - Question ouverte

Futur simple
De futur simple gebruik je om te vertellen dat nog iets gaat gebeuren.
Bekijk de volgende video en maak aantekeningen.
Beantwoord dan de vragen die volgen.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Wat heb je van de uitlegvideo onthouden? Noem 1 onderdeel.

Slide 17 - Question ouverte

On jouera devant un grand public.
Traduis:
A
Wij zullen voor een groot publiek spelen.
B
Wij spelen voor een groot publiek.
C
Wij speelden voor een groot publiek.
D
We gingen voor een groot publiek spelen.

Slide 18 - Quiz

De futur simple moet je vertalen met vertalen met 'ik zal' en niet met 'ik ga'. Deze stelling ...
A
is waar
B
is niet waar
C
gaat niet over futur simple
D
gaat over futur proche

Slide 19 - Quiz

Hoe vond je de vragen van deze les?
Heel moeilijk, moeilijk, redelijk, makkelijk, heel makkelijk?
0100

Slide 20 - Sondage

Wat ga je doen om futur simple te leren? Noem 1 manier

Slide 21 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Frans 'goed gedaan'?

Slide 22 - Question ouverte

Bien fait!

Slide 23 - Diapositive

Au travail!
Bekijk goed wat je moet doen. Het staat op de weekplanner.
Het staat ook in het huiswerk van vandaag. Werk online aan de opdrachten en klik op controleren om je werk na te kijken. 

Slide 24 - Diapositive