U4 les 3 - 14 avril

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

BONJOUR et BIENVENUE!

Bonjour

et 

bienvenue!!

Vendredi 14 avril

Les objectifs pour aujourd'hui :

- Jij kunt de juiste voorzetsel gebruiken voor een stad en voor een land;

- Jij kunt een tekst over een woonomgeving begrijpen;

- Jij kunt de woorden van Apprendre 1 en 2 in zinnen aanpassen.

Qui a fait les devoirs ?

Jij kunt een tekst over een woonomgeving begrijpen:

1/ Tu lis le texte "moi, j'habite à...", page 121 dans le livre - je leest de tekst "moi, j'habite à...", pagina 121 in het boek;

2/ Tu fais les exercices 5 (compréhension globale) et 6 (compréhension détaillée) pages 120 - je doet de opdrachten 5 en 6, pagina 120 -, et tous (alle) les exercices pages 122 et 123 (sauf/ behalve exercice 7, page 123).

3/ Je leert de woorden van Unité 4, Apprendre 2: pagina 141 in jouw boek. Om actief te leren maak je ook gebruik van WRTS of Quizlet.

Dis le nom d'une ville

Dis le nom d'un pays

Je vais en France. Je vais à Paris. Wanneer gebruik jij "à" en wanneer gebruik jij "en"?

À / en / au / aux

Wanneer gebruik je welke?

Exemple

À Paris

En France

Stad / dorp	à
Land	en / au / aux

Land (pays): en / au / aux

Wanneer gebruik je welke?

Vrouwelijk (eindt op "e")	en
Mannelijk	au (à + le)

Meervoud             aux (à + les)

Land (pays): en / au / aux

Vrouwelijke land: eindt op "e":

La France

La Belgique

= je gebruikt "en"

Je vais en France.

Land (pays): en / au / aux

Meervoud land: eindt op "s":

Les Etats-Unis (US)

= je gebruikt "aux"

Je vais aux Etats-Unis.

Land (pays): en / au / aux

Mannelijk land: eindt niet op "s" en ook niet op "e":

Le Canada.

= je gebruikt "au"

Je vais au Canada.

J'habite .... Paris

1. à
2. en
3. au
4. aux

Je vais .... Egypte

1. à
2. en
3. au
4. aux

Tu vas .... aux Pays-Bas

1. à
2. en
3. au
4. aux

La classe lit un texte

La classe lit le texte "moi, j'habite à...", page 121 dans le livre.

Les exercices sur le texte

On corrige les exercices pages 120, 122 et 123 (behalve exercice 7, page 123).

Lesdoelen behaald?

- Jij kunt de juiste voorzetsel gebruiken voor een stad en voor een land;

- Jij kunt een tekst over een woonomgeving begrijpen;

- Jij kunt de woorden van Apprendre 1 en 2 in zinnen aanpassen

Lesdoelen behaald?

😒🙁😐🙂😃