veel verschillende identiteiten

Veel verschillende identiteiten
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Veel verschillende identiteiten

Slide 1 - Diapositive

Dit weet je aan het einde van de les


  • Wat het verschil is tussen stereotype en identiteit
  • wat identiteitskenmerken zijn
  • Hoe identiteit een rol speelt in je leven.

Slide 2 - Diapositive

De Nederlanse Identiteit

Slide 3 - Diapositive

Wat valt er op in de scene hoe Nederland wordt weergegeven?

Slide 4 - Question ouverte

Is dit de Nederlandse identiteit?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Identiteit en stereotype

  • Identiteit en steroetype gaan vaak samen
  • stereotype is een overdreven generaliserdende versie van een identiteit.(negatief)
  • Denk niet in stereotypes.

Slide 6 - Diapositive

Wat is Identiteit?
  • identiteit zegt iets over wie je bent. (Dit is erg onduidelijk)
  • identiteitskenmerken maken dit wat makkelijker.
  • Taal, omgangsvormen, religie, tradities.
  • Kleding, sport, muziek, hobby. interesses.
  • groeps identitiet: als meerdere mensen de zelfde indenitietskenmerken hebben.

Slide 7 - Diapositive

Wat is het identiteitskenmerk van deze groep?

Slide 8 - Question ouverte

Wat is het identiteitskenmerk van deze groep?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het identiteitskenmerk van deze groep?

Slide 10 - Question ouverte

Identiteit op verschillende schaalniveaus
  • Nationale schaal. Dit is het hele land.

  • Regionale schaal. Bijvoorbeeld Friesland of Limburg, Noord Nederland of Zuid-Nederland

  • Lokale schaal- een plaats, bijvoorbeeld Leeuwarden.

Slide 11 - Diapositive

Nationale schaal
  • Dit is iets wat bijna heel Nederland  met elkaar gemeen heeft. taal, tradities, normen en waarden.

Slide 12 - Diapositive

Regionale identiteit

Friesland: de Friese taal, suikerbrood, fierljeppen.
Dit heb je wel in Friesland en niet in de rest van Nederland

Zuid-Nederland: viert Carnaval.
In het noorden niet.

Slide 13 - Diapositive

Lokale identiteit
sommige cambuur fans hebben niks met Friesland(terwijl leeuwarden de hoofdstad is).
dit is een voorbeeld van lokale identiteit.

Slide 14 - Diapositive

Regionalisme en Lokalisme
  • Sommige mensen voelen zich meer verbonden met de regio waar ze wonen dan het land waarin ze wonen. Dit noem je Regionalimse
  • Dit kan ook met de woonplaats waar je woont, Dit noem je lokalisme.

Slide 15 - Diapositive

hoe speelt identiteit een rol in je leven?
  • Je identiteit veranderd constant en blijft altijd veranderen. Wanneer je ouder wordt ben je wel bewuster van je identiteit.
  • Groeps identitiet. We zoeken vrienden uit met dezelfde identiteitskenmerken. (insluiting)
  • Mensen met een andere identiteitskenmerken worden minder snel in een groep toegelaten.(uitlsuiting)

Slide 16 - Diapositive

Casus: Er komt een nieuwe jongen in jullie klas, Jake.
Jake komt uit de verenigde staten, hij spreekt Engels, zijn hobby is jagen. De sporten die hij leuk vind zijn Nascar en American football.

Zou Jake makkelijk in jullie groep passen? leg uit waarom wel of niet.

Slide 17 - Question ouverte

Casus: Er komt een nieuw meisje in de klas: Lisa
Lisa komt uit Utrecht, ze spreekt Nederlands. haar hobby is tekenen en gamen. haar favoriete sporten zijn voetbal en Tennis.

Zou Lisa Makkelijk in jullie groep passen? leg uit waarom wel of niet.

Slide 18 - Question ouverte

huiswerk
  • Maken paragraaf 7.3
  • zijn er nog vragen over 7.2 en 7.3?

Slide 19 - Diapositive