woensdag 15 november 2023

woensdag 15 november 2023
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

woensdag 15 november 2023

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Thema 6 - Film

Slide 4 - Diapositive

Wat oefen je?
1.Je vertelt over een film.
2.Je vertelt over een acteur en schrijft je verhaal op.
3.Je bedenkt voordelen en nadelen en praat over beroemd zijn.
4.Je praat en schrijft over personen in films.
5.Je bedenkt een voorstel voor een uitje; je presenteert dat.
 

Slide 5 - Diapositive

Woordenschat

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Lien

Slide 8 - Lien

tot
  • 1) niet langer dan
  • zin: Ik wacht nog op haar tot drie uur, maar dan ga ik weg.
  • 2) niet verder dan
  • zin: Ik loop met je mee tot het stoplicht, dan ga ik terug naar huis. 
39

Slide 9 - Diapositive

trouwen (ww)
  • als twee mensen trouwen, zeggen ze officieel dat ze bij elkaar blijven
  • werkwoord: ik trouw - wij trouwen
  • zin: Morgen trouwt mijn broer.
40

Slide 10 - Diapositive

vanaf
  • het begint bij
  • zin: Vanaf het station moet je nog 10 minuten lopen.
  • van boven naar beneden
  • zin: Vanaf het dak van de flat kun je de hele stad zien. 
41

Slide 11 - Diapositive

vanavond
  • Op de avond van deze dag.
  • zin: Zullen we vanavond naar de bioscoop gaan?
  • zin: Vanavond komt er een spannende film op televisie. 
42

Slide 12 - Diapositive

volgens
  • volgens mij = ik denk dat
  • volgens mijn zus = mijn zus denkt dat....
  • zin: Volgens mij wordt het vandaag mooi weer! 
43

Slide 13 - Diapositive

het voordeel
  • iets wat goed is
  • tegenovergestelde van:   het nadeel
  • zin: Het voordeel van een vakantie in Spanje is dat het daar mooi weer is! 
44

Slide 14 - Diapositive

de vraag
  • als je een vraag hebt, wil je iets weten
  • vraag en antwoord
  • een vraag stellen
  • zin: Ik stel een vraag aan de docent. 
45

Slide 15 - Diapositive

wanneer
  • hoe laat?
  • op welke dag?
  • welke tijd? 
  • vraagwoord
  • zin: Wanneer ben je jarig?
  • zin: Wanneer heb je een afspraak met de IND?
46

Slide 16 - Diapositive

1) Ik heb .......... twee uur school.
2) Huiswerk: opdracht 2 ........ en met opdracht 5.
3) Het regent .............. hard.
4) Gisteren hadden we .........................
39
A
tot, naar, heel, vrij
B
tot, maak, snel, gasten
C
tot, nu, tekst, heel
D
tot, tot, heel, gasten

Slide 17 - Quiz

Maak een zin met het werkwoord:
trouwen.
timer
3:00
40

Slide 18 - Question ouverte

40
trouwen

Slide 19 - Carte mentale

Welke zin is goed?
41
A
Vanaf het station is het nog 10 minuten lopen.
B
Je mag mij vanaf half 9 bellen.
C
Vanaf nu is dit de afspraak.
D
Vanaf wanneer ben je in Nederland?

Slide 20 - Quiz

41
vanaf

Slide 21 - Question de remorquage

Wat betekent "vanavond"?
42
A
Op de avond van deze dag
B
Op de ochtend van deze dag
C
Op de middag van deze dag
D
Op de morgen van deze dag

Slide 22 - Quiz

Zullen we ................. naar de film gaan?
42

Slide 23 - Question ouverte

Maak de zin af:
Volgens mij ...................
43

Slide 24 - Question ouverte

Welke zin is goed?
43
A
Volgens mij gaat het vandaag regenen.
B
Ik ga naar huis volgens de fiets.
C
Hij is ziek volgens naar huis.
D
Ik koop volgens bij de supermarkt.

Slide 25 - Quiz

Wat is een voordeel van naar school gaan?
timer
3:00
44

Slide 26 - Question ouverte

Het ............. van vakantie is dat je niks hoeft!
44

Slide 27 - Question ouverte

Wat is het voordeel als je goed Nederlands spreekt?
44

Slide 28 - Question ouverte

Waar zie je een vraag?
45
A
Hoe heet je?
B
Van harte gefeliciteerd!
C
Waar woon je?
D
Sterkte!

Slide 29 - Quiz



Welke vraag stel je bij deze foto?


A
Wanneer is dit
B
Wat is dit?
C
Wie is dit?

Slide 30 - Quiz


46
A
Wanneer ben je jarig?
B
Welk ben je jarig?
C
Wat ben je jarig?
D
Waarom ben je jarig?

Slide 31 - Quiz

Stel een vraag met "wanneer"
timer
3:00
46

Slide 32 - Question ouverte

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

schrijven

Slide 39 - Diapositive

Bronnen en bouwstenen

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive