les 14 - debatteren (les 1)

les 14 - debatteren (les 1)
* welkom en mededelingen
* programma vervolg
* les 1: debatteren

LessonUp op je telefoon
boek nodig (pagina 68-70) 
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

les 14 - debatteren (les 1)
* welkom en mededelingen
* programma vervolg
* les 1: debatteren

LessonUp op je telefoon
boek nodig (pagina 68-70) 

Slide 1 - Diapositive

Mijn kerstvakantie was...

Slide 2 - Carte mentale

vervolg periode 2
8 + 12 januari - lessen debatteren
15 + 19 januari - lessen debatteren

maandag 22 januari TOETS debatteren voor cijfer 
 
29 januari + 2 februari - inhalen en herkansen toetsen p2


Slide 3 - Diapositive

Lessenserie debat

Slide 4 - Diapositive

Planning
  • Leerdoel les 1: Je kent de begrippen rondom een debat en kunt deze uitleggen
  • Leerdoel les 2: Je kunt argumenten bedenken bij een stelling en deze beoordelen
  • Leerdoel les 3: Je kunt een monoloog houden met de belangrijkste argumenten
  • Leerdoel les 4: Je hebt een debat voorbereid
  • Leerdoel les 5: Je hebt deelgenomen aan een debat en een debat beoordeeld

Slide 5 - Diapositive

In het boek - telefoon weg! 
  • samen lezen taak 5 blz 68
  • samen maken opdracht 2 vraag 1 tm 6
  • we bekijken het fragment van de discussie 2x 


daarna vraag 7 en 8 

Slide 6 - Diapositive

voorbeelddebat 
Kijk naar het volgende debat over windmolens. 
Er komen 3 mensen aan het woord. 
Straks vraag ik wie je het meest overtuigend vond en waarom. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

wie vond je het sterkst?
A
meneer A
B
meneer B
C
mevrouw C

Slide 9 - Quiz

waarom was hij/zij het sterkst?

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen een discussie en een debat?

Slide 11 - Question ouverte

debat 
stelling 
standpunt

Een argumentatiewedstrijd tussen voor- en tegenstanders van een stelling. Er kan een winnaar gekozen worden, maar dat is niet noodzakelijk.
Onderwerp van een debat, geformuleerd als feit..
Hoe jij tegenover de stelling staat. Eens of oneens.

Slide 12 - Question de remorquage

Samenvatting
  • Je weet wat een debat is
  • Je weet wat de begrippen stelling, standpunt argument, tegenargument en weerlegging betekenen en kunt deze onderscheiden. 

Slide 13 - Diapositive