Grammatica

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat is de persoonsvorm?

Slide 2 - Diapositive

De jongen heeft de kat een schop gegeven.

Slide 3 - Question ouverte

Het meisje heeft de pop gekocht.

Slide 4 - Question ouverte

Op school nemen de kinderen hun tas naar de klas.

Slide 5 - Question ouverte

De voetballer schopt de bal in het doel.

Slide 6 - Question ouverte

In Spanje spreken de mensen Spaans.

Slide 7 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?

Slide 8 - Diapositive

De jongen heeft de kat een schop gegeven.

Slide 9 - Question ouverte

Het meisje heeft de pop gekocht.

Slide 10 - Question ouverte

Op school nemen de kinderen hun tas naar de klas.

Slide 11 - Question ouverte

De voetballer schopt de bal in het doel.

Slide 12 - Question ouverte

In Spanje spreken de mensen Spaans.

Slide 13 - Question ouverte

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 14 - Diapositive

De jongen heeft de kat een schop gegeven.

Slide 15 - Question ouverte

Het meisje heeft de pop gekocht.

Slide 16 - Question ouverte

Op school nemen de kinderen hun tas naar de klas.

Slide 17 - Question ouverte

De voetballer schopt de bal in het doel.

Slide 18 - Question ouverte

In Spanje spreken de mensen Spaans.

Slide 19 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp?

Slide 20 - Diapositive

De jongen heeft de kat een schop gegeven.

Slide 21 - Question ouverte

Het meisje heeft de pop gekocht.

Slide 22 - Question ouverte

Op school nemen de kinderen hun tas naar de klas.

Slide 23 - Question ouverte

De voetballer schopt de bal in het doel.

Slide 24 - Question ouverte

In Spanje spreken de mensen Spaans.

Slide 25 - Question ouverte

Hoe heb je het gemaakt?

Slide 26 - Diapositive

Zet zinsdeelstrepen.

Slide 27 - Diapositive

De jongen heeft de kat een schop gegeven.

Slide 28 - Question ouverte

Het meisje heeft de pop gekocht.

Slide 29 - Question ouverte

Op school nemen de kinderen hun tas naar de klas.

Slide 30 - Question ouverte

De voetballer schopt de bal in het doel.

Slide 31 - Question ouverte

In Spanje spreken de mensen Spaans.

Slide 32 - Question ouverte