reflectie

Waar denk je aan bij
reflectie?
1 / 31
suivant
Slide 1: Carte mentale
NederlandsMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Waar denk je aan bij
reflectie?

Slide 1 - Carte mentale

3 inleidingen
Wat kun jij gebruiken?

Slide 2 - Diapositive

Vind jij reflecteren belangrijk en zinvol?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Wat kun je gebruiken voor je eigen inleiding?

Slide 7 - Question ouverte

Een inleiding
  • blikt vooruit op de inhoud
  • kan alvast iets vertellen over het proces
  •  vertelt aan welke vaardigheden je werkt
  • vertelt waarom het portfolio belangrijk is
  • maakt nieuwsgierig.

Slide 8 - Diapositive

Opdracht
Schrijf een inleiding. Je hebt 15 minuten de tijd. Daarna gaan jullie in tweetallen elkaars inleiding bekijken.

Slide 9 - Diapositive

Wat is reflectie?
Nadenken over je eigen handelen.

Slide 10 - Diapositive

Waarom is reflectie belangrijk?
  • Bewust nadenken over je eigen handelen: hoe heb je gehandeld en wat heb je ervan geleerd?
  • Ter voorbereiding op een gesprek:
    verantwoording


Slide 11 - Diapositive

Waarom is reflectie belangrijk?
Vergroot je eigen leerproces:
  • Leren van het leren
  • Nog beter worden
  • Jezelf uitdagen: doelen halen
    en nieuwe doelen stellen.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Hoe dan?
Met de STARR methode

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Reflectie schrijven volgens STARRT
  • Zorg voor een samenhangend verhaal (dus niet de losse vragen beantwoorden)
  •  Schrijf in de ik-vorm
  • Let op privacy-gevoelige informatie

Slide 17 - Diapositive

Waar ga je op letten als je een reflectie schrijft?

Slide 18 - Question ouverte

Heb ik alles in mijn verslag verwerkt?
Verslag bestaande uit:
- Voorblad
- Inhoudsopgave
- Inleiding
- Inhoudelijke hoofdstukken (deelvragen)
- Conclusie of reflectie
- Bronnenlijst

Slide 19 - Diapositive

Wat is de bedoeling?
In je portfolio schrif je ongeveer 1/2 A4 reflectie.


Slide 20 - Diapositive

Situatie
Beschrijf je SITUATIE (hoe goed ben je in NL, hoe vind je het om eraan te werken, wat dacht je van de opdrachten, welke vaardigheden wil je graag verder ontwikkelen?)

Slide 21 - Diapositive

Taak
Het maken van een portfolio.

Slide 22 - Diapositive

Aanpak
Hoe heb je het aangepakt?

Slide 23 - Diapositive

Resultaat
In hoeverre vind je dat je een goed portfolio af hebt geleverd?

Slide 24 - Diapositive

Reflectie
Hoe kijk je terug op het maken van ee portfolio
 Op welke manier zijn je competenties verder ontwikkeld? (kerncompetenties stage & school)
Wat lukte goed?
 Wat zou je anders doen?
 Wat heb je geleerd?
 Welke competenties wil je verder ontwikkelen? 

Slide 25 - Diapositive

Reflectie
Wat heb je geleerd? 
Welke kennis en vaardigheden heb je verder ontwikkeld?
Wat is goed gelukt en wat minder goed?
Waar wil je nog aan werken?

Slide 26 - Diapositive

Transfer
Wat ga je de volgende periode hetzelfde doen en wat pas je aan?

Slide 27 - Diapositive

Hoe ziet je verslag eruit? 
Conclusie
  • In je conclusie geef je antwoord op de hoofdvraag die je in de inleiding hebt geformuleerd. Hier geef je dus samengevat weer wat je in je hoofdtekst hebt gevonden. Je komt niet met nieuwe informatie in de conclusie. 

Slide 28 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een conclusie en een samenvatting?

Slide 29 - Question ouverte

Wat voor woorden passen er in een conclusie?

Slide 30 - Question ouverte

Slide 31 - Lien