Mediawijsheid 1e les

Mediawijsheid
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Mediawijsheid

Slide 1 - Diapositive

Mediawijsheid...
Wat betekent het?

Slide 2 - Carte mentale

Mediawijsheid
"Mediawijsheid staat voor het slim en verantwoord om kunnen gaan met online en offline media. Je moet daarbij doorhebben hoe media jouw dagelijks leven beïnvloeden en hoe je er het beste uit kan halen - voor jezelf en voor anderen."

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Ik ben mediawijs!
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Waarom wel/niet?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Vidéo

Ik doe aan Social Media
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

Aan wat voor
Social Media doe je?

Slide 9 - Carte mentale

Waarom gebruik je Social Media?
Wat is het doel ervan?

Slide 10 - Question ouverte

Wat zet jij online op Instagram/ TikTok/Snapchat? En waarom dat?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Vidéo

Heb je het met je ouders wel eens over Social Media? Wat zet je online, waarom zet je iets online?

Slide 13 - Question ouverte

Mijn ouders weten wat ik online heb staan op social media?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Ik denk altijd na voordat ik iets online zet. Wat kunnen de gevolgen zijn.
A
Ja
B
Nee
C
Weet ik niet

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Vidéo

Een man gaat langs de deur en vraagt of hij foto's mag zien van hun kinderen..

Hoe reageren de ouders??

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

5 gevaren van Social Media
- Vreemden
- Informatie delen
- Plaatsen van foto's
- Sociale media bewaren alles voor altijd
- Cyberpesten

Slide 19 - Diapositive

Wat voor wachtwoord gebruik jij online?
A
Een kort wachtwoord, dat makkelijk te onthouden is, zoals je naam
B
Een paar cijfers, zoals je geboortedatum
C
Een combinatie van letters, cijfers en tekens, zoals MEW!sp1K.?

Slide 20 - Quiz

Wie weet jouw wachtwoord?
A
Mijn ouders
B
Mijn beste vriend(in)
C
Een paar van mijn vrienden
D
Niemand, alleen ik.

Slide 21 - Quiz