V5 Escritura lección 1

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Biografía

Escribir una biografía con los tiempos de pasado

Objetivo de la clase

• El alumno repasa todos los tiempos del pasado
  
• El alumno prepara el test de escritura

Programa:

- repasar los tiempos del pasado

- hacer ejercicios con los tiempos del pasado

Wat weet je over de tijd "Pretérito PERFECTO?"

	HABER
yo	he
tú	has
él/ella/usted	ha
nosotros	hemos
vosotros	habéis
ellos/ellas/ustedes	han

+

ADO (ar)

IDO (er/ir)

Voorbeeld:
Yo ______________________ (desaynar) pan esta mañana.
Yo he desayunado pan esta mañana.               (desayunar - ar + ado)

Bij werkwoorden die eindigen op ar gebruik je ado

Bij werkwoorden die eindigen op er /ir gebruik je ido

Let op: 

 Uitzonderingen

(abrir wordt dus niet abrido maar abierto) 

pretérito perfecto wordt ook wel het hart genoemd. 

HABER + ADO/IDO mag je namelijk nooit uit elkaar halen.
Zij zijn altijd samen. Er kan nooit iets tussen komen.

he

has

ha

hemos + ado/ido

habéis

han

Wederkerend werkwoord: (ducharse, peinarse, afeitarse)

me he duchado, te has peinado, se ha afeitado

Wat weet je over de tijd "Pretérito INDEFINIDO"

Indefinido 

(formas irregulares)

Bij de onregelmatige vormen van de indefinido is het zo dat de stam onregelmatig is. De uitgangen van alle onregelmatige vormen zijn hetzelfde (let op! Deze zijn niet hetzelfde als de regelmatige vormen)

La historia de mi vida....​

Nací el 12 de abril de mil novecientos noventa y cinco.​

Tuve un hermano, en el mil novecientos noventa y siete.

Viví durante veintitres años en Holanda.​

Después, en el dos mil dieciseis me mudé a España.​

Me independicé el veintisiete de diciembre del dos veinte.​​

Estudié cinco años en Utrecht.​

Trabajé durante nueve años en una farmacia.​

​

​

​

Ejercicio:​

• ¿Qué verbos son?
• ​Subraya los marcadores temporales
• Escribe tu propia historia

Wat weet je over de tijd "el imperfecto"

 Perfecto               Indefinido                  Imperfecto

Zit ik er nog in?

- DEZE week

- DIT weekend

- VANDAAG

Duidelijk begin en eind?

- Gisteren

- Vorig jaar

- In 1986

- 14 april

- Woensdag

Geen duidelijk begin en eind?

- Vroeger

- Toen ik klein was

- Elke zondag

_____________________geen tijdsaanduiding?_____geen tijdsaanduiding?_____

Stel jezelf de vraag:

Was het er al? Was het al (een tijdje) bezig? Hoe was de situatie / de setting?

Stel jezelf de vraag:

Gebeurde het (actie)?

Deberes para la próxima clase: 

Estudiar documento 'inhoudsbestand'

para examen de escritura

¿Qué tal el objetivo?

• El alumno repasa todos los tiempos del pasado
  
• El alumno prepara el test de escritura

Evaluación