KDN Les 2 Dag 2

KDN les 2 Bacteriën en virussen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

KDN les 2 Bacteriën en virussen

Slide 1 - Diapositive

KDN Les 2            B. Virussen
Dag 2

Slide 2 - Diapositive

Herhaling
A. Bacterie: goed en slecht!

Slide 3 - Diapositive

Quiz

Slide 4 - Diapositive

Waaruit bestaat een bacterie?
A
een lichaam
B
een cel
C
een schimmel
D
een darm

Slide 5 - Quiz

Waar vindt je de goede bacteriën?
A
In de darmen
B
In de maag
C
IBij de staart
D
In de lucht

Slide 6 - Quiz

Wat doen de slechte bacteriën?
De slechte bacteriën .................

Slide 7 - Question ouverte

Waar komen de bacteriën voor?
Schrijf onder elkaar met kleine letters!

Slide 8 - Question ouverte

Hoe planten bacteriën zich voort?
A
door de mens
B
door levende wezens
C
door vaccinatie
D
door celdeling

Slide 9 - Quiz

Kdn les 2            B. Virussen
Dag 2

Slide 10 - Diapositive

B. Virussen  (1)
  • Virussen zijn vreemde wezens.
  • Ze leven niet echt.
  • Ze kunnen zichzelf NIET voortplanten, zoals een bacterie.
  • Ze hebben een GASTHEER nodig.
  • Ze zoeken een cel op om binnen te dringen.
  • Virussen zijn kleiner dan bacteriën.
  • Ze VERMOMMEN (als cel) zich  soms, om binnen te dringen.

Slide 11 - Diapositive

B. Virussen  (2)
  • Als het Virus binnen dringt, gooit het de vermomming af en komt tot leven. 
  • Daarna scheidt het virus zich af van de cel en gaan de kopieën op zoek naar nieuwe cellen.
  • Een virus kan dus heel veel verschillende vormen hebben.
  • Het is dus veel moeilijker om virussen te bestrijden.

Slide 12 - Diapositive

Werkboek 
 Les 2 Opdracht 2
Vraag 2
timer
10:00

Slide 13 - Diapositive

Antwoord Opdracht 1  Vraag 2
  1. d: Het virus zoekt een cel op.
  2. c: Het virus vermomt zich.
  3. a: De cel laat het virus binnen.
  4. e: De cel kopieert het virus
  5. b: Het virus verlaat de cel en zoekt nieuwe cellen.

Slide 14 - Diapositive

Quiz

Slide 15 - Diapositive

Virussen zijn vreemde wezens.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 16 - Quiz

Virussen leven niet echt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Virussen hebben GEEN gastheer nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Virussen zijn GROTER dan bacteriën.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 19 - Quiz

Virussen vermommen zich in cel om binnen te dringen.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 20 - Quiz

Een virus kan verschillende vormen hebben.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Het is dus veel moeilijker om virussen te bestrijden.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 22 - Quiz

Virus Game!

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Lien

Einde les!

Slide 25 - Diapositive