§3.1 Formules van stoffen (les 2)

§3.1 - Moleculen en atomen (les 2)
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

§3.1 - Moleculen en atomen (les 2)
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Diapositive


Wat weet je nog van de vorige les? 
Wat heb je toen geleerd.

Slide 2 - Question ouverte

  • L3-5 Ik kan uitleggen hoe je een molecuulformule opstelt door gebruik te maken van de begrippen: coëfficiënt en index.
  • L3-6 Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen een ontleedbare en niet-ontleebare stof en kan hier enkele voorbeelden van noemen.
  • L3-7 Ik ken alle belangrijke formules van stoffen uit tabel 3.2 uit mijn hoofd.

Leerdoelen

Slide 3 - Diapositive

Chloor
A
Ch
B
C
C
Cl
D
Co

Slide 4 - Quiz

Koolstof
A
K
B
C
C
Co
D
Ko

Slide 5 - Quiz

Hiernaast zie je
Hiernaast zie je een molecuul propaan. 
Leg uit uit hoeveel atomen dit molecuul bestaat.

Slide 6 - Question ouverte

N
A
Natrium
B
Stikstof
C
Nikkel
D
Koper

Slide 7 - Quiz

Kennis uit tabel 3.1! Zorg dat je deze uit je hoofd kent!
Cu
S
C
Cl
Ca
Zwavel
Koper
Koolstof
Calcium
Chloor

Slide 8 - Question de remorquage

Au
A
IJzer
B
Zilver
C
Goud
D
Koper

Slide 9 - Quiz

Wat is de juiste notatie van het symbool van magnesium?
De eerst letter van een symbool is altijd een hoofdletter.
Sommige symboleen hebben ook een tweede letter. Dat is dan altijd een kleine letter. 
tip
A
MG
B
Mg
C
mg
D
allemaal goed

Slide 10 - Quiz

Molecuultekening
Molecuultekening van water
Bestaat uit:
  • 1 atoom zuurstof (O)
  • 2 atomen waterstof (H)
  • 1 molecuul

Molecuulformule
Molecuulformule:
2x een H-atoom
1x een O-atoom
Het kleine getal is de index en zegt hoe veel van een soort atomen aanwezig is, dit staat altijd achter het element.
Index is 1 laat je weg!

Index
Het kleine getal is de index en zegt hoe veel van een soort atomen aanwezig is, dit staat altijd achter het element.
Index is 1 laat je weg!

Coëfficiënt
Coëfficiënt staat voor de molecuulformule en geeft aan hoeveel moleculen ervan zijn. 

Voorbeeld: 3 CO2
3 * 1 atomen C (koolstof) dus 3 atomen totaal
3 * 2 atomen O (zuurstof) dus 6 atomen totaal

Vervolg uitleg plaatjes (deel 2)

Slide 11 - Diapositive

Molecuultekening
Molecuultekening van water
Bestaat uit:
  • 1 atoom zuurstof (O)
  • 2 atomen waterstof (H)
  • 1 molecuul

Molecuulformule
Molecuulformule:
2x een H-atoom
1x een O-atoom
Het kleine getal is de index en zegt hoe veel van een soort atomen aanwezig is, dit staat altijd achter het element.
Index is 1 laat je weg!

Index
Het kleine getal is de index en zegt hoe veel van een soort atomen aanwezig is, dit staat altijd achter het element.
Index is 1 laat je weg!

Coëfficiënt
Coëfficiënt staat voor de molecuulformule en geeft aan hoeveel moleculen ervan zijn. 

Voorbeeld: 3 CO2
3 * 1 atomen C (koolstof) dus 3 atomen totaal
3 * 2 atomen O (zuurstof) dus 6 atomen totaal

Waarom staat die auto hier? Luister het fragment!
Uitleg van deze slide

Slide 12 - Diapositive

Belangrijke begrippen
Molecuultekening
Molecuultekening van water
Bestaat uit:
  • 1 atoom zuurstof (O)
  • 2 atomen waterstof (H)
  • 1 molecuul

Molecuulformule
Molecuulformule:
2x een H-atoom
1x een O-atoom
Het kleine getal is de index en zegt hoe veel van een soort atomen aanwezig is, dit staat altijd achter het element.
Index is 1 laat je weg!

Index
Het kleine getal is de index en zegt hoe veel van een soort atomen aanwezig is, dit staat altijd achter het element.
Index is 1 laat je weg!

Coëfficiënt
Coëfficiënt staat voor de molecuulformule en geeft aan hoeveel moleculen ervan zijn. 

Voorbeeld: 3 CO2
3 * 1 atomen C (koolstof) dus 3 atomen totaal
3 * 2 atomen O (zuurstof) dus 6 atomen totaal

Slide 13 - Diapositive


Wat is de molecuulformule 
van suiker?
Zet de symbolen in alfabetische volgorde

Slide 14 - Question ouverte

Opdracht online moleculen bouwen (1)
1. Bekijk het filmpje.
2. Ga naar deze website.
3. Bouw de moleculen.
4. Lever in volgende slide screenshot of foto in als bewijs.

Slide 15 - Diapositive

Screenshot van opdracht van vorige slide.

Slide 16 - Question ouverte

Opdracht online moleculen bouwen (2)
1. Ga naar deze website.
2. Selecteer de optie: veel. 
3. Bouw de moleculen.
4. Lever in volgende slide screenshot of foto in als bewijs.

Slide 17 - Diapositive

Screenshot van opdracht van vorige slide.

Slide 18 - Question ouverte

Opdracht online moleculen bouwen (3)
1. Ga naar deze website.
2. Selecteer de optie: speelplaats.
3. Bouw de volgende drie moleculen:



4. Lever in volgende slide screenshot of foto in als bewijs.
C3H8
NH3
CF4

Slide 19 - Diapositive

Screenshots van opdracht van vorige slide.

Slide 20 - Question ouverte

  • L3-5 Ik kan uitleggen hoe je een molecuulformule opstelt door gebruik te maken van de begrippen: coëfficiënt en index.
  • L3-6 Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen een ontleedbare en niet-ontleebare stof en kan hier enkele voorbeelden van noemen.
  • L3-7 Ik ken alle belangrijke formules van stoffen uit tabel 3.2 uit mijn hoofd.

Leerdoelen

Slide 21 - Diapositive

Hoeveel leerdoelen beheers je op dit moment?
Ik beheers ... van 3 leerdoelen.
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 22 - Quiz

Huiswerk
Zie ook planner in de studiewijzer op Magister.
  • Inleveren van de 3 opdrachten in LessonUp
  • Maken in opdracht 2 t/m 9 van §3.1
  • Tabel 3.1 uit je hoofd leren!

Slide 23 - Diapositive