2.1

2.1 Griekse Stadstaten
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

2.1 Griekse Stadstaten

Slide 1 - Diapositive

Een nieuw tijdvak:
De tijd van Grieken en Romeinen.
(3000 v.Chr. - 500 na Chr.)

Slide 2 - Diapositive

Griekenland

Slide 3 - Diapositive

Leerdoel

Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen waarom de Oude Grieken kolonies hadden gesticht en op welke manier ze hun stadstaten bestuurden.

Slide 4 - Diapositive

Kolonies buiten Griekenland 
  • Een kolonie is een gebied van een land buiten dat land

  • Griekenland is door het droge klimaat en de rotsachtige grond erg onvruchtbaar (slechts 20% is geschikt voor landbouw)

  • Een mislukte oogst betekende al snel een hongersnood

Slide 5 - Diapositive

Oplossing
  • Sommige Grieken trokken weg, op zoek naar een beter leven

  • Rond 750 v. Chr. hadden de Grieken kolonies in Spanje, Italië en Turkije

  • Rond 550 v. Chr. stichtten de Grieken geen kolonies meer, er was inmiddels genoeg eten. 

Slide 6 - Diapositive

0

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Diapositive

Griekse 
stadstaten 
  • Griekenland bestond nog niet als één land

  • Er waren steden die als landen werden bestuurd: bijvoorbeeld met een eigen koning

  • De bekendste poleis waren Athene en Sparta

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Het bestuur van Athene

Slide 11 - Diapositive

Kenmerken van de Atheense democratie

  • Stadsstaat Athene was een democratie

  • Alle  vrije mannen met burgerrecht mogen stemmen

  • Echte democratie? nee!
  • Vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meepraten.


Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Macht en honger
  • Athene is waarschijnlijk ook ooit een monarchie geweest ..

  • Rond 600 v. Chr. wordt Athene bestuurd door rijke families, die veel bloedige ruzies om de macht hebben.

  • De inwoners (rijk en arm) ! hebben weinig te vertellen

Slide 14 - Diapositive

Macht en honger 
  • Als de graan duur was kregen de arme Atheners graan van de rijke families.

  • Als ze dat niet konden terugbetalen, werden ze verkocht als slaaf!

  • Solon komt in 594 v. Chr. met  nieuwe wetten: je kon niet meer verkocht worden als slaaf

Slide 15 - Diapositive

Het volk beslist
  • Ondanks Solon's wetten blijft het verschil tussen arm en rijk groot

  • Arme Atheners hadden het zwaar en er kwamen nieuwe ruzies

  • Rond 500 v. Chr. komt Kleisthenes met nieuwe wetten en voert een échte democratie in

Slide 16 - Diapositive

Voorkomen van teveel macht:
  • Atheners mogen elk jaar een leider wegstemmen
  • meer dan de helft stemt weg
  • 10 jaar verbannen uit de stad
  • Dit heet ostracisme

Slide 17 - Diapositive

Verschillen met de Nederlandse democratie
  • Alle mannen en vrouwen >18 jaar

  • Indirecte democratie

  • Eerste en Tweede Kamer (binnen)

  • Verkiezingen (meestal om de 4 jaar)

  • Betaalde baan

Slide 18 - Diapositive

Begrippen uit deze les

  • burger
  • democratie
  • kolonien
  • ostracisme
  • stadsstaat
  • directe democratie
  • indirecte democratie

Slide 19 - Diapositive

Personen uit deze les

  • Solon
  • Kleisthenes

Slide 20 - Diapositive

Herhaling 2.1
Quiz!

Slide 21 - Diapositive

De olympische spelen zijn opgericht door de..?
A
Grieken
B
Romeinen

Slide 22 - Quiz

In welke Griekse stadstaat ontstond democratie?
A
Sparta
B
Athene

Slide 23 - Quiz

Welke soort democratie?
A
Directe democratie
B
indirecte democratie

Slide 24 - Quiz

Welke vorm van democratie had Athene
A
Directe democratie
B
Indirecte democratie

Slide 25 - Quiz

'Het volk bestuurt het land' hoort bij:
A
indirecte democratie
B
aristocratie
C
tirannie
D
directe democratie

Slide 26 - Quiz

Welke soort democratie?
A
directe democratie
B
indirecte democratie

Slide 27 - Quiz

In Athene kreeg je burgerrecht als...
A
Je in Athene geboren was
B
Je vader in Athene geboren was
C
Je beide ouders in Athene geboren waren
D
Je moeder in Athene geboren was

Slide 28 - Quiz

Stadstaat is hetzelfde als polis
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quiz


A
Rome
B
Griekenland

Slide 30 - Quiz

Wat is ostracisme?
A
het verbannen van criminelen
B
het verbannen van mensen die de democratie bedreigden
C
het breken van potten om scherven te krijgen
D
het voorkomen van machtsmisbruik

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Vidéo