(3havo/vwo) H7 grootmacht Rusland paragraaf 2

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg: paragraaf 2 H7
  • maken opdracht
  • nabespreken paragraaf 2
  • afsluiting
aan het einde van de les kan/weet je:

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg: paragraaf 2 H7
  • maken opdracht
  • nabespreken paragraaf 2
  • afsluiting
aan het einde van de les kan/weet je:

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

uitleg/aantekeningen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sovjet-Unie
  • 1922-1991
  • Enorm land met een grote bevolking
  • Veel natuurlijke hulpbronnen (olie, aardgas)
  • Grootste communistische land ter wereld

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken van het communisme 
Macht
Eén partij heeft alle macht
Productiemiddelen
In handen van de staat
Overheid
Bepaalt prijzen, lonen
Prijzen/loon
Vastgesteld door de overheid
Ieder werkt naar vermogen en ontvangt naar behoefte
Concurrentie
Is er niet
Waarden
Samenwerken, commune = leefgemeenschap
Orientatie
Arbeiders over de hele wereld verenigd

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

B194 Productiemiddelen
Om iets te maken, heb je drie productiemiddelen nodig:
  1. Natuur = onderdelen van de natuur die nodig zijn voor de productie
  2. Arbeid = betaalde werk dat mensen verrichten om goederen te maken of diensten te verlenen
  3. Kapitaal = alle gebouwen, machines, hulpmiddelen en voertuigen die nodig zijn voor de productie

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Planeconomie
  • Vijfjarenplannen: staat bepaald wat en hoeveel produceren?
  • Eerlijke verdeling van alle opbrengsten over iedereen. 
  • Nadelen:
    > geen concurrentie, dus geen goede kwaliteit
    > geen aandacht voor het milieu
    > geen eerlijke verdeling door corrupte leiders

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1991 Sovjet-unie valt
  • Slechte omstandigheden ➡ groeiende onvrede bevolking  ➡ uiteenvallen Sovjet-Unie in 15 zelfstandige landen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrijhandel verandert de wereld
Na het uiteenvallen van de SU wordt de vrijemarkteconomie het belangrijkste economische systeem.
Vrijemarkteconomie: Economisch systeem waarbij de productie in handen is van particuliere ondernemers en de prijs van goederen/diensten tot stand komt door vraag en aanbod.
V
Kenmerken vrijemarkteconomie:
- vrij ondernemerschap
- prijs komt tot stand door vraag en aanbod

V

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BRICS-Landen
Geld wordt verdient met aardolie en aardgas

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

B229 Opkomende landen
Kenmerken van opkomende landen (groeilanden):
  1. snelle economische groei
  2. BNP per inwoner is nog relatief laag
  3. grote sociale en regionale ongelijkheid

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oligarchen
Heel rijke mensen die tijdens de overgang naar de markteconomie goede contracten hebben gekregen doordat ze vrienden waren met de destijdse regering


Nu: nog steeds heel rijk.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oligarchen
Heel rijke mensen die tijdens de overgang naar de markteconomie goede contracten hebben gekregen doordat ze vrienden waren met de destijdse regering


Nu: nog steeds heel rijk.

Slide 13 - Diapositive

Hebben 99% van al het bezit in het land

Heel ongelijk verdeling

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Politieke macht
  • 4% van  het bnp gaat naar het leger in Rusland (NL 1%)
  • Vetorecht bij de VN-veiligheidsraad:
    Rusland kan met zijn stem ieder voorstel blokkeren

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Demografische krimp
  • Na val communisme: demografische krimp in Rusland.
    > 1991: 147 miljoen inwoners
    > 2019: 142 miljoen inwoners
  • Reden?

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reden 1: daling geboortecijfer
  • onzekerheid over baan en inkomen na de val van de sovjet unie
  • sinds 2000: stijging geboortecijfer
  • 2013: geboorteschot 
  • daarna weer daling

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reden 2: hoog sterftecijfer
  • mannen sterven jong door:
    + slechte werkomstandigheden
    + slecht voedsel
    + alcoholisme
    + slechte gezondheidszorg
  • levensverwachting mannen: 65 jaar, vrouwen 77 jaar
  • nu nog veel lager door de oorlog

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

156 Levensverwachting
  • Gemiddeld te verwachten levensjaren bij de geboorte
  • Nederland: in 100 jaar van 55 naar 83 (vrouwen) en 80 (mannen).
  • Oorzaken:
    * verbeteringen gezondheidszorg
    * gezondere leefgewoonten 
  • Gevolg? -> meer mensen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Migratie
Minder demografische krimp door een positief migratiesaldo. 
> vooral vanuit voormalige Sovjetrepublieken
> migranten op zoek naar werk en welvaart

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bevolkingsgroei
  • Natuurlijk (B150) = geboorte en sterfte
  • Sociaal (B151) = vestiging (immigratie) en vertrek (emigratie)

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gevolgen demografische krimp
  • Ontgroening > minder arbeiders en minder economische groei
  • Ontgroening > minder mensen in de dienstplichtige leeftijd
  • Minder werkenden > minder belasting voor pensioenen, gezondheidszorg, defensie, etc. 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

zelfstandig werken
lezen paragraaf 2 H7 + B150, B151, B156, B157, B194, B229
maken opdracht 1,3,4,5,6,7,8,9
gebruik hierbij:
  • tekstboek blz. 106,107
  • werkboek blz. 132,133,134
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken
timer
1:00

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

herhalen/nabespreken

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

vandaag heb ik geleerd:

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

vandaag vind ik nog moeilijk:

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions