Herhalen waarnemen en gedrag

Herhalen waarnemen en gedrag
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhalen waarnemen en gedrag

Slide 1 - Diapositive

Welk onderdeel regelt de luchtdruk in het oor
A
de gehoorgang
B
het trommelvlies
C
de oorschelp
D
de buis van Eustachius

Slide 2 - Quiz

Interpretatie van gedrag gaat over wat je denkt dat gedrag betekent.
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quiz

De huid:

De huid bestaat uit verschillende onderdelen. In welk deel liggen je zintuigen in de huid?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid

Slide 4 - Quiz

Hoe heet het buitenste vlies van je oog, dat je oog beschermt?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 5 - Quiz

Hoe wordt het trommelvlies in je oor soepel gehouden?
A
Door trillingen van geluid
B
Door de aanmaak van oorsmeer
C
Door de aanmaak van suiker
D
Doordat je met een wattenstaafje je oor schoonmaakt

Slide 6 - Quiz

De gele vlek in je oog is de plaats in het netvlies waar je oogzenuw het oog verlaat
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

De huid voorkomt uitdroging. De huid blijft soepel door _____
A
Zweet
B
Vocht
C
Talg
D
Slijm

Slide 8 - Quiz

In welke volgorde het geluid je oor binnen?
1
2
3
4
5
Gehoorgang
Trommelvlies
Gehoorbeentjes
Slakkenhuis
Gehoorzenuw

Slide 9 - Question de remorquage

Hoe kunnen mensen hun omgeving waarnemen?
A
Zintuigen geven prikkels door naar hersenen
B
Door middel van ogen, oren, neus, mond en huid
C
De hersenen verwerken impulsen van zintuigen

Slide 10 - Quiz

Zet bij het juiste vak (normen of waarden)
norm
waarde
Eerlijkheid
Je laat je vrienden nooit in de steek
Je mag je mening uiten
Vriendschap
Respect
Niet liegen tegen anderen
Elkaar laten uitpraten
Behulpzaamheid

Slide 11 - Question de remorquage

Hoe wordt het gekleurde deel van je oog genoemd?
A
pupil
B
glasachtig lichaam
C
hoornvlies
D
iris

Slide 12 - Quiz

Om te zien moet er licht in je oog komen. Via welke onderdelen van het oog komt het licht in je oog?
A
hoornvlies, pupil, lens, glasachtig lichaam, netvlies
B
lens, pupil, hoornvlies, netvlies, glasachtig lichaam
C
hoornvlies, netvlies, pupil, lens, glasachtig lichaam
D
netvlies, glasachtig lichaam, pupil, lens, hoornvlies

Slide 13 - Quiz

Het oor:
3
4
10
2
7
11
oorschelp
trommelvlies
slakkenhuis
gehoorbeentjes
gehoorzenuw
gehoorgang

Slide 14 - Question de remorquage

Welk vlies in je oog voert voedingsstoffen naar je oog?
A
Het hoornvlies.
B
Het netvlies
C
Het vaatvlies
D
Het harde oogvlies

Slide 15 - Quiz

Onderdelen van de huid
bloedvat
Haar
Kiemlaag
Haarzakje
Zweetklier
hoornlaag
talgklier

Slide 16 - Question de remorquage

Welk onderdeel van het oor wordt aan het trillen gebracht als er geluid in je oor komt?
A
Oorsmeerkliertjes
B
Gehoorzenuw
C
Gehoorgang
D
Trommelvlies

Slide 17 - Quiz

Beschermt het oog tegen vuil en te fel licht
Beschermt het oog tegen uitdroging
Verspreidt traanvocht over het oog
Zorgt ervoor dat zweet langs het oog loopt
Produceert traanvocht
Ooglid
Traanklier
Traanvocht
Wenkbrauw
Wimper

Slide 18 - Question de remorquage

Om te kunnen zien moet er licht in je oog komen.
Via welke volgorde van onderdelen van het oog komt het licht in je oog?
A
Hoornvlies, pupil, lens, netvlies
B
Lens, pupil, hoornvlies, netvlies
C
Pupil, lens, hoornvlies, netvlies
D
Netvlies, pupil, lens, hoornvlies

Slide 19 - Quiz

De hersenen horen bij....
A
Centrale zenuwstelsel
B
Zenuwen
C
De zintuigen

Slide 20 - Quiz

Zintuigen zetten prikkels om in impulsen
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Het OOG: zet onderdelen op de juiste plaats
netvlies
gele vlek
oogzenuw
iris
Harde oogvlies
Glasachtig lichaam

Slide 22 - Question de remorquage

Welk onderdeel van het oog beschermt je oog niet?
A
Wenkbrauw
B
Ooglid
C
Wimper
D
Traanklier

Slide 23 - Quiz

Welk orgaan heeft de meeste zintuigen
A
oor
B
oog
C
neus
D
huid

Slide 24 - Quiz

De tijgers willen niet door de brandende
hoepel. Maar de trainer weet daar wel iets
op. Hij laat ze een tijdje hongeren en
beloont het springen door de hoepel met een stuk vlees.
Welke factor is toegenomen door de honger?
A
De impuls
B
De motivatie
C
De prikkel
D
De adequate prikkel

Slide 25 - Quiz

Aangeboren gedrag is gedrag dat je zelf al kan, zonder het te moeten leren
A
klopt
B
klopt niet

Slide 26 - Quiz


Welke situatie is hier van toepassing?
A
Verziend; een bril met bolle lenzen nodig
B
Verziend; een bril met holle lenzen nodig
C
Bijziend; een bril met bolle lenzen nodig
D
Bijziend; een bril met holle lenzen nodig

Slide 27 - Quiz