(havo/vwo3) H2 krimp en leefbaarheid paragraaf 5

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg: paragraaf 5 H2 blz. 34/35
  • maken opdracht 1 t/m 9  paragraaf 5 blz. 39/40/41 nabespreken paragraaf 5
  • afsluiting
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • waardoor de bevolking van Nederland langzaam groeit
  • waardoor de demografische druk wordt versterkt
  • waarom demografische krimp voorkomt
  • waarom een krimp de leefbaarheid vermindert
  • hoe je in deze gebieden de leefbaarheid kan verbeteren
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg: paragraaf 5 H2 blz. 34/35
  • maken opdracht 1 t/m 9  paragraaf 5 blz. 39/40/41 nabespreken paragraaf 5
  • afsluiting
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • waardoor de bevolking van Nederland langzaam groeit
  • waardoor de demografische druk wordt versterkt
  • waarom demografische krimp voorkomt
  • waarom een krimp de leefbaarheid vermindert
  • hoe je in deze gebieden de leefbaarheid kan verbeteren

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

Slide 3 - Vidéo

uitleg/aantekeningen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Nederland zit als geheel in de overgangsfase van fase 4 op fase 5.
Desondanks zijn er ook regio's, waar de bevolking juist toeneemt.

Slide 6 - Diapositive

"CBS: steden groeien verder, platteland ontvolkt"


De Randstad blijft groeien. Steden zullen als een magneet jongeren blijven trekken. Maar Nederlandse gebieden die nu dun bevolkt zijn, zullen verder ontvolken....

Slide 7 - Diapositive



Randstad groeit door:

- Goede opleidingen
- Veel werkgelegenheid




Demografische krimp: 

- ontrgroening
- vergrijzing
- afname beroepsbevolking 


Slide 8 - Diapositive

   Demografische druk
Belangrijke begrippen:

Demografische druk = verhouding tussen productieve en niet productieve leeftijdsgroep.

Grijze druk = druk van groep 65 plussers op het aantal 20-65 jarigen

Groene druk = druk van de groep 0-20 jarigen op het aantal 20-65 jarigen. 

Slide 9 - Diapositive

Demografische druk berekenen 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Herinrichting Eemsdelta
  • slopen van oude (huur)woningen en nieuwbouw moderne grote woningen.
  • concentratie van voorzieningen (i.p.v verspreid kleinere winkelcentra)
  • taken (functies) toebedelen aan woondorpen, grote dorpen en steden.
  • Voorwaarde is goed OV

Slide 12 - Diapositive

Leefbaarheid bedreigd. Op welke manier?
Leefbaarheid bedreigd. Op welke manier?

Slide 13 - Diapositive

Aantrekkingsfactoren =
pullfactoren

  • werkgelegenheid
  • opleidingsmogelijkheden
  • voorzieningen
Afstotingsfactoren =
pushfactoren

  • gebrek aan werkgelegenheid
  • gebrek aan opleidingsmogelijkheden
  • gebrek aan voorzieningen

Slide 14 - Diapositive

Drie gevolgen:




1. ontgroening en vergrijzing
2. Inrichting -> leegstand
3. Afname voorzieningen


Conclusie: demografische krimp -> verslechtering leefbaarheid

Slide 15 - Diapositive

Verzorgingsgebied: gebied dat door 1 plaats wordt voorzien van goederen en diensten.

Slide 16 - Diapositive

aantekening: kan deze winkel overleven?
  • verzorgingsgebied = gebied waar klanten vandaan komen
  • reikwijdte = maximale afstand die klant wil afleggen
  • drempelwaarde = minimaal aantal klanten dat bedrijf nodig heeft
  • webwinkels hebben een groter verzorgingsgebied, een minimale reikwijdte en een lage of hoge drempelwaarde (is afhankelijk van soort)

Slide 17 - Diapositive

zelfstandig werken
lezen paragraaf 4  H2 + B144, B203, B204
maken opdracht 1 t/m 9 paragraaf 5 H2
gebruik hierbij:
  • tekstboek blz. 30/31
  • werkboek blz. 33/34/35
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken
timer
5:00

Slide 18 - Diapositive

herhalen/nabespreken

Slide 19 - Diapositive

Een stad heeft 150.000 inwoners. 97.000 inwoners zijn 65+, 40.000 tussen de 20 en 65 & 13.000 tussen de 0 en 20. welke druk is hier?
A
Grijze druk
B
Groene druk
C
Geen druk
D
Oranje druk

Slide 20 - Quiz