H5 CLASSICISME (V4.012)
1 / 17
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Toelichting slide 7
Zet het muziekfragment (Bach) aan en laat leerlingen de vraag beantwoorden: Welke onderdelen in het plaatje zijn typisch barok? En wat hoort er niet thuis in de 17e eeuw?
Antwoorden:
Barok: veel versieringen, kleding, schoenen, pruik, schilderij met baroklijst, gouden kandelaren en grote spiegels.
Geen barok: dj, hoofdtelefoon, zonnebril, grammofoonplaten en manier van bewegen.
Luister het gedeelte van de bladmuziek. (tot 0:50) Zet de linker pijl bij de eerste noot van het thema en zet de rechter pijl bij de laatste noot van het thema
Slide 2 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Luister het gedeelte van de bladmuziek. (tot 0:50) Hoe vaak hoor je het thema? Geef met de pijl het aantal aan
1
2
3
4
Slide 3 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Zet de pijl bij de start van de nazin.
Slide 4 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
In welke toonsoort staat de compositie?
Slide 5 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is de parallele toonsoort van G majeur?
A
d mineur
B
fis mineur
C
g mineur
D
e mineur
Slide 6 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat duurt langer, een motief of een thema?
A
Motief
B
Thema
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Zet de noten in de juiste volgorde om een gebroken akkoord op C te maken.
1
2
3
4
Slide 8 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Sleep de juiste dominant naar de juiste tonica
Tonica
Dominant
C majeur
Bb majeur
A majeur
G majeur
E majeur
F majeur
Slide 9 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Tekst
kenmerken hoofdvorm
expositie
doorwerking
reprise
modulaties
slotstuk
rondo
menuet
slagwerk
strijkers
adagio
opera
soloconcert
Slide 10 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke composities bestaan uit meerdere onderdelen, en welke maar uit één? Sleep ze naar het eerste of het tweede vak.
meerdere onderdelen
maar één onderdeel
Sonate
Sarabande
Suite
Cantate
Concerto grosso
Fuga
menuet
Concerto
Soloconcert
Opera
oratorium
Aria
Slide 11 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Komt de sonatevorm ook in andere compositievormen voor?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Sleep de verschillende onderdelen in de goede volgorde voor de sonatevorm
thema 1
overgang 2
thema 2
slotgroep 1
doorwerking
thema 1
overgang 1
thema 2
slotgroep 2
coda
Slide 13 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
In welk deel van de hoofdvorm wordt veel gemoduleerd?
Slide 14 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
De belangrijkste vormstructuur is de hoofdvorm.
Wat is juist?
A
De reprise is een moment van spanning.
B
In de expositie wordt 1 muzikaal thema gepresenteerd.
C
Een overgangszin verbindt thema 1 met thema 2.
D
De doorwerking is het saaiste gedeelte.
Slide 15 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Je hoort een gedeelte uit de doorwerking. De begeleidende partijen spelen per maat overwegend hetzelfde ritme. Welk ritme spelen de begeleidingspartijen?
Sleep de luidspreker naar het juiste ritme.
Slide 16 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe noemen we het deel van de hoofdvorm waar thema 1 en thema 2 weer terugkeren?
Slide 17 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
