Thema 3 Grieken en Romeinen, blok 1, Olympische Spelen

1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 75 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Thema 3 Grieken en Romeinen, blok 1, les 1
kader /GL/

Slide 4 - Diapositive

Wat gaan we doen?

Dit blok maken we kennis met nieuwe tijdvak
 de Grieken en Romeinen

Slide 5 - Diapositive

2. Grieken en Romeinen
Tijdvak 2: Tijd van Grieken en Romeinen

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelen les 1
Olympische spelen
  • Je kunt uitleggen hoe de Olympische Spelen ooit zijn ontstaan
  • Je  weet voor welke god de olympische spelen oorspronkelijk gehouden werden om hem te eren
  • Je kent verschillende sporten van de 'oude' Olympische Spelen
  • Je kunt voorbeelden geven van discriminatie in het oude Griekenland.

Slide 7 - Diapositive

Wat weet je over de oude Grieken?

Slide 8 - Carte mentale

Weet je hoeveel ringen het logo van de olympische spelen heeft?
A
4
B
5
C
6
D
Ringen?

Slide 9 - Quiz

Hoeveel sporten zijn er nu bij de olympische spelen denk je?
A
17
B
26
C
33
D
50

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Olympische spelen in het oude Griekenland
  • De oude Grieken hielden de Spelen vanaf 776 v.Chr. in de   stad Olympia
  • Nu om de 4 jaar olympische spelen, elke keer in een ander land ergens op wereld.



Slide 12 - Diapositive

De stad Olympia en Zeus
Zeus was de belangrijkste god (oppergod).
  • Olympia (stad)was gebouwd ter ere van de goden
  • De Spelen waren om hem te eren
  • Op de eerste dag van de Spelen werden honderd ossen als offer verbrand op een groot altaar

Slide 13 - Diapositive

Sporten bij de 'oude' olympische spelen
In 776 v.Chr. was hardlopen de enige sport. De atleten renden 192 meter.

Later ook hardlopen, discuswerpen, speerwerpen,
 verspringen en worstelen. In 668 v.Chr. deden ook en de harde vechtsport pankration mee.

De winnaar van de Spelen kreeg een olijfkrans, maar veel belangrijker: eeuwige roem.

Slide 14 - Diapositive

Discriminatie
Bij de oude Grieken:
  • mochten vrouwen niet meedoen 
  • eigen Spelen met één sport: 160 meter hardlopen 
  • Mensen die buiten Griekenland waren geboren, mochten helemaal niet meedoen. 
Bij de Olympische Spelen nu is discriminatie verboden.

Slide 15 - Diapositive

De olympische spelen van NU!
In 1896 de eerste Olympische spelen in Athene
In 1928 Olympische Spelen in Amsterdam!!

Om de twee jaar de Spelen (Winterspelen of Zomerspelen)
In 2026 Winterspelen in Milaan
In 2028 Zomerspelen in Los Angeles
 





Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Lien

Slide 20 - Vidéo

De Oude Egyptenaren 
(3300 - 332 VC)

  • Kleine dorpjes worden steden
  • De Farao is de baas en zorgt voor wetten en houdt de administratie bij
  • Eén cultuur (zelfde taal en zelfde goden)

De Oude Grieken
(800 - 146 VC)

  • Kleine dorpjes worden steden
  • Elke stad heeft zijn eigen bestuur (stadstaat)
  • Eén cultuur (zelfde taal en zelfde goden)
  • Onderling soms ruzie en oorlog

Slide 21 - Diapositive

Aan het werk!
Wat ga je doen? Lees tekstblok Spelen er ere van Zeus (blz. 10)
Maken opdrachten 1, 2, 3, 5

Wanneer moet het af? Je krijgt deze les de tijd, volgende les moet het af zijn

Hulp? buurman/buurvrouw naast je vragen, dan pas je docent

Klaar? Steek je vinger op!

Tijd: Zie timer.


timer
15:00

Slide 22 - Diapositive

Wat won je vroeger als je een wedstrijd gewonnen had?
A
Lauwerkrans
B
Medailles
C
Standbeeld
D
Geld

Slide 23 - Quiz

Waarom werden vrouwen gediscrimineerd tijdens de olympische spelen in het oude Griekenland?

Slide 24 - Question ouverte

De olympische spelen waren bedacht om een Griekse god te eren. Welke god was dit?

Slide 25 - Question ouverte

Schrijf 1 ding op wat je hebt geleerd deze les.

Slide 26 - Question ouverte

Schrijf 1 ding op wat je moeilijk vond deze les.

Slide 27 - Question ouverte

Thema 3 Grieken en Romeinen, blok 1, les 2
1 KADER/MAVO - HEDG

Slide 28 - Diapositive

Leerdoelen les 2
  • Je kunt uitleggen wat een stadstaat is en uitleggen dat het oude Griekenland niet één land was.
  • Je kunt uitleggen waarom de oude Grieken zich verbonden voelden met elkaar.
  • Je kunt beschrijven welke groepen in een stadstaat woonden en welke groep de meeste rechten had.
  • Je kunt beschrijven wat een democratie is en hoe die in Athene werkte.
  • Je kunt beschrijven hoe groot de wereld van de oude Grieken was.
  • Je kunt uitleggen hoe Eratosthenes de omtrek van de aarde kon berekenen.

Slide 29 - Diapositive

Helden en stadstaten
Het oude Griekenland bestond niet uit één land, maar uit 
meer dan honderd stadstaten.

Een stadstaat = een kleine staat die bestaat uit een 
stad met het land eromheen.

De bewoners regelden er hun zaken zelf. Ze maakten hun eigen wetten en hadden een eigen leger.

Slide 30 - Diapositive

Griekse 
stadstaten 
  • Stadstaat is een stad met het gebied eromheen, die als een zelfstandige staat wordt bestuurd.

  • Er waren steden die als landen werden bestuurd: bijvoorbeeld met een eigen koning

  • De bekendste stadstaten waren Athene en Sparta

Slide 31 - Diapositive

Oorlog tussen stadstaten
Tussen stadstaten was er vaak oorlog. Alleen tijdens en rond de Spelen voerden stadstaten geen oorlog. 

Deden ze dat wel, dan kregen ze een heel hoge geldboete en mochten ze niet meedoen aan de Spelen.

Slide 32 - Diapositive

Video
  • Leg in eigen woorden uit hoe Griekenland werd bestuurd

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Kenmerken van de Atheense democratie

  • Stadsstaat Athene was een democratie

  • Alle vrije mannen met burgerrecht mogen stemmen

  • Echte democratie? nee!
  • Vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meepraten.


Slide 35 - Diapositive

Bestuur van Athene
  • Wat is een democratie?

  • Democratie is een manier van besturen waarbij burgers veel invloed hebben op het bestuur.

  • Hoe zit dat in Nederland?

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Vidéo

Slide 38 - Vidéo

Wat is een stadstaat?
A
Een stad die zichzelf bestuurt
B
Een stad met omliggend platteland die zichzelf bestuurt.
C
Een Griekse stad
D
Een vereniging van steden die zichzelf besturen

Slide 39 - Quiz

Wat is democratie?
A
Het volk mag meebeslissen hoe er geregeerd wordt.
B
Het volk heeft invloed op het land
C
Burgers zijn de baas.
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 40 - Quiz

Geef twee verschillen tussen de Atheense democratie en de democratie die wij in Nederland kennen.

Slide 41 - Question ouverte

Aan het werk!
Wat ga je doen? Je maakt van blok 1 opdracht 8 t/m 20

Wanneer moet het af? Je krijgt deze les de tijd, volgende les moet het af zijn.

Hulp? 1. eerst de theorie goed lezen, gebruik eventueel internet.
            2. buurman/buurvrouw naast je vragen, dan pas je docent.

Klaar? Leer je begrippen

Tijd: Zie timer.

timer
30:00

Slide 42 - Diapositive