Hst 38 Start BLINK & Fictie -thema

Ga zitten 
Pak je boek 
Borealis

ga stil zelf lezen
min. 20 minuten
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Ga zitten 
Pak je boek 
Borealis

ga stil zelf lezen
min. 20 minuten

Slide 1 - Diapositive

Vandaag 
1e uur: stil lezen 20 minuten
Intro Hst 38 Fictie -thema 

Je leert wat een thema is in fictie (een verhaal)
-----> je bedenkt een thema /  voor jouw krantenartikel
  

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Wat zou het thema kunnen zijn van Spiderman films?

Slide 7 - Question ouverte

En wat is het thema in Disney Pixars Lion King?

Slide 8 - Question ouverte

En wat is het thema in Disney Pixars Frozen?

Slide 9 - Question ouverte

Stel jouw leven was een verhaal, wat is dan het thema (op het moment)?

Slide 10 - Carte mentale

Typhoon
Luister mee, en lees de tekst mee (zie Teamstegel L2122-ZV1A-ne)
Je krijgt de vraag:
1. Wat is het thema van dit lied?
2. Hoe is jouw gevoel bij dit lied? Past dat bij het thema?

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Lien

Wat is het thema van dit lied?

Slide 14 - Question ouverte

Hoe is jouw gevoel bij dit nummer?

Slide 15 - Carte mentale

Pak nu je boek
Bedenk dan 'wat is het thema van dit boek?'


Slide 16 - Diapositive

Als het goed is 
Heb je een beeld gekregen van wat bij fictie een thema is 

Vanmiddag  Numo  -> spelling
In de vakantie wel Huiswerk Borealis

Slide 17 - Diapositive

Tip: Een weeffout in onze sterren

Slide 18 - Diapositive

Opdracht
Bespreek zachtjes met je buurvrouw welk thema jij voor de krant zou willen uitwerken?
Hoe weet je dat dit een thema in het boek is?
Waarom vind jij dit thema zo weergaloos interessant?


Ben je klaar? Schrijf dan het thema op je A3-vel

Slide 19 - Diapositive

Opdracht: brainstormen
Een middel om in korte tijd een groot aantal ideeën uit een groep te krijgen. Spuir ongeremd ideeën over een bepaald onderwerp: hoe meer hoe liever, hoe gekker, hoe beter. 

Schrijf alles op zonder na te denken of het geschikt is. 
Nummer je ideeën. 


Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Bijvoorbeeld zo

Slide 22 - Diapositive

Of zo!

Slide 23 - Diapositive

Weet je al wat je kernboodschap zou kunnen zijn? Breng elkaar hier op een idee!

Slide 24 - Question ouverte

Kies nu je verhaaltype
- een recensie
- een nieuwsverhaal
- een achtergrondverhaal over de schrijver 
-themaverhaal
- een interview
- een column over bijvoorbeeld de taal ...
Let op: in je krant komen verschillende verhalen. Verdeel dus de verhaal typen

Slide 25 - Diapositive

Welk verhaaltype hoort bij het tekstdoel overtuigen?
A
recensie
B
interview
C
achtergrondverhaal over de schrijver
D
column

Slide 26 - Quiz

Voor wie zou je jouw krant maken?
Wat is je publiek?

Slide 27 - Question ouverte

Voorbereiding op het schrijven
Wat is het onderwerp?
Voor wie schrijf je en waarom?
Wat voor soort tekst wil je maken?
Wat is je doel?
Wat is de belangrijkste boodschap?

Slide 28 - Diapositive

Huiswerk
Oefen met spelling in NUMO

Slide 29 - Diapositive