V5 BE 4.1 Investeringsselectie les 2

Begintaak
Lees het artikel
(5 minuten)
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Begintaak
Lees het artikel
(5 minuten)

Slide 1 - Diapositive

Vragen
1. Welke twee factoren zorgen ervoor dat de terugverdientijd van 5 naar 8 jaar gaat?
2. Hoe kan je deze factoren beïnvloeden? 

Slide 2 - Diapositive

4.1 Investeringsselectie
Terugverdientijd en Netto contante waarde

Slide 3 - Diapositive

Opbouw les
Huiswerk bespreken
Herhaling
Uitleg nieuwe lesstof
Aan de slag

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk

4.2 GVB

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Herhaling

Slide 7 - Diapositive

Er kan €12.000 geïnvesteerd worden in project B. De jaarlijkse cashflows zijn € 5.300 per jaar. Looptijd is 3 jaar. Geëist rendement is 6%.
Bereken de Contante waarde van de cashflows. (€ x.xxx,xx)

Slide 8 - Question ouverte

Een machine heeft een benodigde investering van € 400.000,-. De afschrijving is € 80.000,-. De komende 4 jaar wordt een nettowinst verwacht van € 20.000,-. Het interestpercentage is 5%. Bereken de CW van de cashflows.

Slide 9 - Question ouverte

Antwoord
Cashflow = nettowinst + afschrijving = 20.000+80.000
Restwaarde 400.000-4 x 80.000 = 80.000
Cashflows: jaar 1 - 3 : 100.000
jaar 4: 180.000
100.000 x 1,05-1+ 100000 x 1,05-2 + 100000 x 1,05-3 + 180.000 x 1,05-4 = € 420.411,25 



Slide 10 - Diapositive

Een machine heeft een benodigde investering van € 400.000,-. De afschrijving is € 80.000,-. De komende 4 jaar wordt een nettowinst verwacht van € 20.000,-. Het interestpercentage is 5%. Bereken de Netto Contante Waarde van de investering.

Slide 11 - Question ouverte

Bereken de cashflow
Afschrijving € 20.000,-

Slide 12 - Question ouverte

4.1 Investeringsselectie
Terugverdientijd en Netto contante waarde

Slide 13 - Diapositive

Lesdoelen
  1. Je kunt de terugverdientijd van een investering berekenen.
  2. Je kunt met behulp van de uitkomst van de netto contante waarde een investering beoordelen.
  3. Je kunt uitleggen dat de disconteringsvoet een maatstaf voor risico is

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Wat is een voordeel van de terugverdientijd methode?
A
Houdt rekening met het moment van de cashflows
B
Houdt rekening met interestkosten
C
Het is de eenvoudigste methode
D
Het is de meest precieze methode

Slide 25 - Quiz

Welk project
heeft
op basis van
terug
verdientijd
de voorkeur?
A
Project A
B
Project B

Slide 26 - Quiz

Uitleg
Project A: totale investering is €1.800.000
na 1 jaar nog €900.000; 2 jaar €300.000;
300.000/400.000 * 12 = 9 maanden
2 jaar en 9 maanden
Project B: totale investering is €1.600.000
na 1 jaar nog €700.000; 2 jaar €100.000;
100.000/400.000 * 12 = 3 maanden
2 jaar en 3 maanden



Slide 27 - Diapositive

Aan de slag
Maken
4.3 Sirius
4.4 Extra NV

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive