Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Wassymbolen en schoonmaakpictogrammen
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wat denk je?
Ken je de symbolen en pictogrammen?
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje
D
Weet ik niet
Slide 3 - Quiz
Sleep de onderdelen in de juiste volgorde zodat je de was juist kunt uitvoeren:
stap 1
stap 2
stap 3
stap 4
stap 5
stap 6
Was sorteren
Was ophangen
Wassen
Was controleren
Was strijken
Was opvouwen
Slide 4 - Question de remorquage
Slide 5 - Vidéo
Wat betekenen de wassymbolen?
Bleken
Chemisch reinigen
Strijken
Droger
Wassen
Slide 6 - Question de remorquage
Wat betekent het volgende symbool?
A
40 graden normaal wasprogramma
B
40 graden anti-kreukprogramma
C
40 graden fijne was
D
40 graden wol-wasprogramma
Slide 7 - Quiz
Wat betekent het volgend symbool?
A
niet strijken
B
lauw strijken
C
warm strijken
D
heet strijken
Slide 8 - Quiz
Gevaarsymbolen
Op schoonmaakmiddelen staan symbolen op de etiketten.
Voor een veilig gebruik van schoonmaakmiddelen is het belangrijk dat je weet wat de symbolen betekenen en dat je de informatie op de etiketten leest en toepast.
Slide 9 - Diapositive
Product heeft een vernietigend effect op lichaamsweefsels als huid, ogen en slokdarm en veroorzaakt brandwonden.
Slide 10 - Diapositive
Product kan gemakkelijk vlam vatten als het in contact komt met een ontstekingsbron (brandende sigaret, lucifer, vonk).
Slide 11 - Diapositive
Product kan, als het in het milieu terechtkomt, schadelijk zijn voor de organismen.
Slide 12 - Diapositive
Product kan bij inname door de mond, via de huid en door inademen mogelijk kankerverwekkend zijn of op een andere manier schadelijk voor de gezondheid, bijvoorbeeld voor de voortplanting.
Slide 13 - Diapositive
Het gezondheidsgevaar van deze producten is minder ernstig dan bij giftige en bijtende stoffen en bij stoffen met een gezondheidsgevaar op lange termijn.
Slide 14 - Diapositive
Dit zijn samengeperste gassen en vloeibaar gemaakte gassen in gasflessen. Blootstellen aan hoge temperaturen kan brand of ontploffing tot gevolg hebben.
Slide 15 - Diapositive
Product kan bij inname door de mond, via de huid en door inademen ernstig gevaar opleveren en dodelijk zijn.
Slide 16 - Diapositive
Product kan exploderen als er een ontstekingsbron (vonk, vlam, warmte) bij komt.
Slide 17 - Diapositive
Dit symbool op een schoonmaakmiddel betekent:
A
bijtend
B
irriterend
C
explosief
D
licht ontvlambaar
Slide 18 - Quiz
Op een schoonmaakmiddel staat het volgende gevarensymbool. Welke maatregel neem je?
A
Je draagt handschoenen.
B
Je houdt je aan de dosering.
C
Je draagt een mondkapje
Slide 19 - Quiz
Pictogrammen
Op professionele schoonmaakmiddelen staan ook pictogrammen die aangeven voor welk gebied het schoonmaakmiddel is.
Iedere schoonmaker kent deze icoontjes wel.
Ze geven op een gemakkelijke wijze het gebruik van een reinigingsmiddel, hulpmiddel en machine aan.
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Met welk kleur doekje maak je de vloer schoon?
A
Groen
B
Blauw
C
Rood
D
Geel
Slide 22 - Quiz
Met welke kleur doekje maak je het interieur schoon?
A
Geel
B
Groen
C
Blauw
D
Rood
Slide 23 - Quiz
Moet ik de symbolen en pictogrammen nog goed oefenen?