Je zag tot nu al vier stelregels voor een goede speech.
Even herhalen ...
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs
Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Redevoering
Je zag tot nu al vier stelregels voor een goede speech.
Even herhalen ...
Slide 1 - Diapositive
Een goede redevoering heeft een ... (vul aan). Jacinda Ardern blonk daarin uit.
Slide 2 - Question ouverte
Een goede redenaar denkt na tegen wie hij spreekt; zijn tekst past bij ... (vul aan)
Slide 3 - Question ouverte
Een goede redevoering is op het lijf geschreven van ... (vul aan)
Slide 4 - Question ouverte
Een redevoering komt beter over wanneer je er enkele ... in verwerkt.
Slide 5 - Question ouverte
Coronaspeech van Marc Rutte
De Nederlandse premier gaf op 16 maart - in het begin van de coronacrisis - een fel bejubelde speech.
Slide 6 - Diapositive
Het Parool over de speech
Premier Mark Rutte heeft alom lof geoogst voor zijn tv-toespraak van afgelopen maandag. Althans in eerste instantie, want in de loop van de week ontstond toch twijfel over de haalbaarheid van de gecontroleerde groepsimmuniteit, die in zijn scenario een centrale plaats leek in te nemen. Niettemin: op zichzelf was de rede goed gecomponeerd en helder. Rutte sprak de tekst met overtuigingskracht en zonder pijnlijke haperingen uit.
Slide 7 - Diapositive
Het Parool over de speech
In zijn ‘Coronatoespraak’ deed minister-president Mark Rutte iets bijzonders. Hij deed in eerste instantie geen beroep op emoties, wat politici gewoon zijn te doen, maar hij deed een beroep op de wetenschap. De wetenschap voorspelt ons een zware toekomst, maar de wetenschap zal ons ten slotte ook gaan redden. Het toegesproken volk geloofde de minister-president en hield zich in geheel Nederland aan de opdracht zoveel mogelijk thuis te blijven, de handen te wassen en kwetsbare ouderen te mijden.
Slide 8 - Diapositive
Coronaspeech van Marc Rutte
Je bekijkt (delen van) de speech in de volgende slide.
Af en toe wordt de redevoering onderbroken voor een vraag over wat je net hebt gehoord. Zo kom je de laatste drie stelregels voor een goede redevoering te weten.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
02:59
'We zitten in een achtbaan die steeds sneller lijkt te rijden': welke techniek gebruikte Rutte?
A
Voorbeeld
B
Anafoor
C
Metafoor
D
Overdrijving
Slide 11 - Quiz
03:19
Welke beweringen kloppen over wat Rutte net heeft gezegd?
A
Door ze eerst te noemen, toont hij zijn medeleven.
B
Hij benadrukt de structuur: het begin van de toespraak.
C
Rutte gebruikt moeilijke woordenschat.
D
Door ze eerst te noemen, toont hij zijn prioriteit.
Slide 12 - Quiz
03:45
Hoe heet de stijlfiguur waarbij je iemand rechtstreeks aanspreekt?
A
Alliteratie
B
Antithese
C
Personificatie
D
Apostrofe
Slide 13 - Quiz
04:14
Welke handige retorische techniek paste Rutte net NIET toe?
A
Hij gebruikte een drieledige structuur.
B
Hij hanteert de retorische vraag.
C
Hij gaf concrete voorbeelden.
D
Hij gebruikt een anafoor.
Slide 14 - Quiz
04:43
Let op de driedelige opsomming die volgt ...
Je speech structureren via het cijfer twee (bv. armen en rijken) of drie (bv. kinderen, volwassenen en senioren) werkt goed.
Slide 15 - Diapositive
05:08
Durf ook de nodige stiltes te laten vallen in je redevoering.
Zulke pauzes bakenen de verschillende delen af.
Slide 16 - Diapositive
05:38
Welke stijlfiguur hoorde je net passeren?
A
Epifoor
B
Anafoor
C
Metafoor
D
Repetitio
Slide 17 - Quiz
05:55
Rutte gebruikte net het woord 'groepsimmuniteit'. Daar kreeg hij later kritiek op, want er rees twijfel over de haalbaarheid van de gecontroleerde groepsimmuniteit. Niettemin blijft zijn speech goed gecomponeerd en helder.
We luisteren verder!
Slide 18 - Diapositive
06:05
Aan welke stelregel (hier krijg je de laatste drie voor het eerst te lezen) besteedt Rutte extra aandacht?
A
In spreektaal i.p.v. schrijftaal
B
Concreet i.p.v. abstract
C
Een hoorbare structuur
D
Stijl en aantrekkingskracht
Slide 19 - Quiz
06:39
Aan welke stelregel gehoorzaamt Rutte nu?
A
In spreektaal i.p.v. schrijftaal
B
Concreet i.p.v. abstract
C
Hoorbare structuur
D
Stijl en aantrekkingskracht
Slide 20 - Quiz
06:54
'Dat is het scenario van onze keuze.' Welke stelregel voor een goede speech hanteert Rutte nu vooral?
Slide 21 - Question ouverte
08:43
'Hoe' geeft Rutte zijn speech? Denk aan taal- en stemgebruik, houding, oogcontact ...
Slide 22 - Carte mentale
10:29
Welke stelregel voor een goede speech viel hier vooral op?
A
In spreektaal i.p.v. schrijftaal
B
Concreet i.p.v. abstract
C
Hoorbare structuur
D
Stijl en aantrekkingskracht
Slide 23 - Quiz
10:45
Hoe heet dat nu weer, je publiek rechtstreeks aanspreken?