Begrijpend lezen De Brug 1hv - 3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Begrijpend lezen De Brug 1hv, deel 2

Formatieve evaluatie ná opdracht 1 t/m 10

Wat is het verschil tussen een onderwerp en een hoofdgedachte?

https:

Welke 4 signaalwoorden gebruik je bij een opsommend tekstverband?

Theorie -> tekstverband van tijd

2. Tijdsvolgorde = geeft de volgorde waarin gebeurtenissen plaatsvinden

Signaalwoorden: 

eerst, daarna, voordat, nadat, toen, terwijl, zodra, ten slotte, enz.

Voorbeeld: 

Voordat Carola haar haren laat knippen, ontbijt ze in 'Het Frietkot'. Daarna neemt ze meteen de bus.

Theorie -> tegenstellend verband

3. tegenstellend = geeft aan welke tekstdelen een tegenstelling vormen

Signaalwoorden:

maar, echter, evenwel, toch, daarentegen, enz.

Voorbeeld: 

De kapper is al ver over de tachtig, toch knipt hij nog fantastisch.

Noem het signaalwoord voor tijdsvolgorde:

Hij loopt naar de supermarkt, terwijl
hij steeds op zijn telefoon kijkt.

Noem het signaalwoord en het bijbehorende tekstverband:

Jaap mist Sofie enorm, maar hij laat het niet merken.

Noem het signaalwoord en het bijbehorende tekstverband:

Sofie wil hem nooit meer zien.
Jaap daarentegen is nog steeds gek op haar.

Noem het signaalwoord en het bijbehorende tekstverband:

Nog voordat Jaap was uitgesproken, gooide Sofie hem een glas water in het gezicht. Meteen daarna is ze vertrokken.

Wat wordt er
hiernaast
opgesomd?

Nog één vraag: .....

Wat wil je de eerstvolgende plusles van mij leren?