3M - Quiz - van bondgenoten naar vijanden

H5 De Koude Oorlog
Test je kennis met deze quiz! 
    §5.1 Bondgenoten worden vijanden
    §5.1 Bondgenoten worden vijanden
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

H5 De Koude Oorlog
Test je kennis met deze quiz! 
    §5.1 Bondgenoten worden vijanden
    §5.1 Bondgenoten worden vijanden

Slide 1 - Diapositive

Tussen 1941 en 1945 waren Amerika en de Sovjet Unie?
A
Bondgenoten
B
Neutraal
C
Vijanden
D
De Sovjet-Unie begon niet in deze tijd

Slide 2 - Quiz

Waarom wordt de Koude Oorlog de Koude Oorlog genoemd?
A
Het is een oorlog gevoerd in een erg koude periode.
B
Het is een oorlog waarin veel kernwapens gebruikt worden.
C
Een oorlog waarin veel spanning is maar niet direct tegen elkaar word gevochten
D
Een oorlog waarin de sfeer erg 'koel' is.

Slide 3 - Quiz

DE BRD was communistisch?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

DDR hoort bij het ... ?
A
Westen
B
Oosten

Slide 5 - Quiz

Wat werd er NIET op de conferentie van Potsdam besproken?
A
De splitsing van Duitsland
B
Bestraffing van oorlogsmisdadigers
C
Oprichting van Navo
D
Compensatie voor Polen

Slide 6 - Quiz

Wat was het Marshallplan?
A
Het Amerikaanse aanvalsplan op de Sovjet-Unie
B
Het aanvalsplan om Duitsland te verslaan
C
Een plan van de Amerikaanse regering om economische steun te geven aan Europa
D
Het plan om de Europese economie afhankelijk te maken van Amerika

Slide 7 - Quiz

Wie waren er aanwezig bij de Conferentie van Jalta?
A
Churchill, Stalin en de Gaulle
B
Stalin, Churchill en Truman
C
Stalin, Churchill en Roosevelt
D
Churchill, de Gaulle en Truman

Slide 8 - Quiz

Wat is "het ijzeren gordijn"?
A
De scheiding tussen oost en west Europa
B
De muur tussen oost en west Berlijn
C
De naam voor vluchtelingen uit het Oostblok
D
De wapenwedloop tussen Rusland en de VS

Slide 9 - Quiz

Wat is communisme?
A
Politiek streven om alle rijkdom en bezit aan één iemand te geven.
B
Politiek streven om alle rijkdom en bezit aan alle vrouwen te geven, zodat alle vrouwen het goed hebben.
C
Politiek streven om alle rijkdom en bezit te verdelen, zodat iedereen in alles gelijk is.
D
Dat is een wapen waarmee werd gevochten in de oorlog.

Slide 10 - Quiz

NAVO past bij het ... ?
A
Communisme
B
Kapitalisme

Slide 11 - Quiz

Wat was het Warschaupact?
A
Een verdrag tussen landen in het Westen
B
Een militair bondgenootschap van landen in het Oostblok
C
Een verdrag tussen landen in het Oostblok
D
Een militair bondgenootschap van landen in het Westen

Slide 12 - Quiz

Wat betekent containment-politiek?
A
financiële steun bieden aan iedereen die tegen het communisme is
B
Indammen om te voorkomen dat het andere machtsblok kan verspreiden.
C
Het zuinig leven zodat Europa weer opgebouwd kan worden na WoII
D
zo veel mogelijk van het gebied van een ander veroveren.

Slide 13 - Quiz

Welke drie landen hoorden bij de Sovjet invloedsfeer?
A
Joegoslavië, Hongarije, Polen
B
Hongarije, Albanië, Roemenië
C
Bulgarije, Roemenië, Polen
D
Albanië, Polen, Bulgarije

Slide 14 - Quiz

Welke 4 landen verdeelden de invloedsfeer in Duitsland?
A
FR - ENG - VS - SU
B
FR - CA - VS - SU
C
FR - ENG - SU - CH
D
FR - ENG - VS - CH

Slide 15 - Quiz

Welke woorden horen  waar?
VS
SU
Democratie
Communisme
Kapitalisme
Dictatuur
Westen
Oosten
Bouwt IJzeren gordijn
Navo
Warschaupact

Slide 16 - Question de remorquage

Communisme 
Kapitalisme 
Warschaupact
Stalin
Eenpartijstaat
DDR
BRD
NAVO
Planeconomie
Vrije markt
Democratie
Dictator
Coca Cola
Vrijheid
Gelijkheid
Marx
Warschaupact

Slide 17 - Question de remorquage

Hieronder staan drie afbeeldingen van  leiders tijdens de 
Koude oorlog:
Historische leiders

Let op! Er blijft één persoon over.
Truman
Churchill
Stalin
Chroestjov

Slide 18 - Question de remorquage

Warschaupact
NAVO
Communisme
Kapitalisme
Vrijheid van meningsuiting
Censuur

Slide 19 - Question de remorquage

Ondoordringbare grens tussen het Oostblok en het Westblok tijdens de Koude Oorlog
Muur om West-Berlijn tijdens de Koude Oorlog
De overheid geeft opdrachten aan bedrijven over wat ze moeten maken
Een soort wedstrijd wie de meeste wapens heeft om macht te tonen
Periode van tegenstelling tussen Oostblok en Westblok (1945-1989)
Politiek systeem met een dictatuur van één politieke partij die gelijkheid belangrijk vindt
IJzeren Gordijn
Berlijnse Muur
Planeconomie
Wapenwedloop
Koude Oorlog
Communistisch

Slide 20 - Question de remorquage

Oostblok
Westblok
IJzeren Gordijn
Berlijnse Muur

Slide 21 - Question de remorquage

Vrij leven
Onderdrukt
Ontevreden
Slecht hersteld
Marshallhulp
Geen Marshallhulp
Tevreden
Goed hersteld

Slide 22 - Question de remorquage

Oost
West
Vrije markteconomie
Planeconomie
Kapitalisme
Communisme
Warschaupact
individualisme

Slide 23 - Question de remorquage