Klas 2, par. 2.2: De spreiding van wereldsteden

Hoofdstuk 2 - Steden
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 2 - Steden

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kent de factoren die de ligging van steden beïnvloeden.
  2. Je begrijpt het verschil in verstedelijkingstempo tussen rijke en arme landen.
  3. Je kunt het verband tussen verstedelijkingsgraad, verstedelijkingstempo en welvaart uitleggen.

Slide 2 - Diapositive

Waarom liggen steden op hun locatie?
Steden ontstonden op locaties die gunstig waren. Hierdoor kon er gemakkelijk worden gebouwd of kon de stad snel uitbreiden. Er zijn 3 belangrijke factoren:
  1. absolute ligging
  2. relatieve ligging
  3. koloniale verleden

Slide 3 - Diapositive

Absolute ligging
Onder de absolute ligging vallen de eigenschappen van het gebied. Deze eigenschappen zijn bij veel steden gunstig geweest.

  • Gunstige eigenschappen: vlakke grond (makkelijk bouwen), vruchtbare bodem (veel eten), aan zee (vissen en handel), bij kruispunten en rivieren (handel), grondstoffen (handel)
  • Negatieve eigenschappen: heuvelachtig (moeilijk bouwen), woestijn (geen eten), in het regenwoud (moeilijk bereikbaar, dus weinig handel)
Turijn
Veel grote steden in Italië liggen in de vallei van de rivier de Po. Het is een vlak gebied tussen de Alpen en de Apennijnen in en is erg vruchtbaar.
Milaan
Venetië
Bologna

Slide 4 - Diapositive

Relatieve ligging
Onder de relatieve ligging valt de ligging ten opzichte van andere plekken (landen of steden).

  • Als een stad dicht bij andere steden ligt, dan is het gemakkelijk handel te drijven.
  • Als de hoofdstad centraal (in het midden van het land) ligt, dan is het gemakkelijker om het land te besturen.
  • Rotterdam ligt op een ideale plek aan de Noordzee om goederen uit de hele wereld te ontvangen en daarna verder te verschepen naar de rest van Europa.

Slide 5 - Diapositive

Koloniale verleden
Veel landen buiten Europa zijn koloniën geweest (eigendom van Europese landen). Deze landen hebben er steden gesticht zodat goederen uit de kolonie naar het eigen land kond worden vervoerd. In deze tijd ging al het vervoer via schepen, dus werden de nieuwe steden aan de kust gebouwd.

Omdat deze steden zo groot en belangrijk waren geworden, bleven er ook na de koloniale tijd nog mensen naar de stad toe trekken, en bleef de stad dus verder groeien.

Slide 6 - Diapositive

Koloniale dubbelstad
Een koloniale dubbelstad bestaat is een stad die is veroverd door kolonisten en daarna uitgebouwd (om goederen te vervoeren)

De stad bestaat uit 2 delen: 
  1. het oude gedeelte (gebouwd door de oorspronkelijke bewoners)
  2. Het nieuw gebouwde gedeelte (gebouwd door de Europese kolonisten)
Oude gedeelte
Het oude gedeelte is herkenbaar aan de manier hoe de stad is opgebouwd.
De straten zijn klein en kronkelend (en volgen de natuurlijke hoogte van het gebied). Vroeger hoefden de straten ook niet breed te zijn, want veel mensen gingen te voet door de stad of trokken zelf een wagentje met goederen achter zich aan.
Ook vind je in het oude gedeelte veel cultuurelementen van de oorspronkelijke bevolking (bijvoorbeeld moskeeën)

Het gedeelte ligt verder van de kust af, zodat je de vijand zag aankomen en kon beschieten van een afstand. Veel veiliger dus, dan direct aan zee.
Nieuwe gedeelte
Ook het nieuwe gedeelte is herkenbaar aan de vorm.
Hier zijn de straten juist breed en recht van vorm. Deze straten zijn aangelegd door Europese kolonisten en in Europa zijn ook veel straten recht en breed.
Daarnaast is het ook logisch dat de straten breed en recht moeten zijn, want dan zijn goederen makkelijker met paard en wagen te vervoeren richting de haven (de steden waren uiteindelijk bedoeld om goederen naar Europa te laten verschepen).
Tegenwoordig vind je in dit gedeelte juist meer Europese cultuurelementen (zoals kerken).

Ook is het gedeelte dicht bij de kust gelegen, zodat er een haven kon worden gebouwd.

Slide 7 - Diapositive

Hoe belangrijk is de stad?
Hoe belangrijk is de stad?
Rijke landen

Meerdere grote steden
Hele goede verbondenheid tussen deze steden (infrastructuur, samenwerking, handel etc.)
Stedelijk netwerk


Arme landen

Eén enorme megastad en de rest kleiner
Weinig verbondenheid tussen de megastad en de andere steden (alleen de megastad is van belang)
Primate city
Definitie
Een stedelijk netwerk is een groep steden die samen verbonden zijn op meerdere gebieden.
Zo is er bijvoorbeeld een goede infrastructuur (wegen of rails) tussen de steden en wordt er veel samengewerkt door onder andere bedrijven, de gemeente of politie.
Definitie
Een primate city is een stad die in vergelijking met de tweede stad van het land veel meer inwoners heeft en veel belangrijker is.
Oftewel: de primate city is belangrijk, de andere steden doen er niet zo toe. De primate city is immers de economie, politiek en cultuur van het land. Soms kun je zelfs bijna zeggen: "De primate city is het land"
Stedelijk netwerk of primate city
Spanje: Madrid = 4,4 miljoen inwoners, Barcelona = 1,6 miljoen
Australië: Sydney = 5,3 miljoen inwoners, Melbourne = 5,0 miljoen
Duitsland: Berlijn = 3,6 miljoen inwoners, Hamburg =  1,8 miljoen

Het verschil is redelijk klein en de steden zijn onderling veel verbonden. Bij deze landen is er dus een stedelijk netwerk
Stedelijk netwerk of primate city
Tanzania: Dar es Salaam = 4,4 miljoen inwoners, Mwanza = 706 duizend
Mexico: Mexico-Stad = 9,2 miljoen inwoners, Tijuana = 1,9 miljoen
Democratische Republiek Congo: Kinshasa = 15,6 miljoen inwoners, Mbuji-Mayi = 2,6 miljoen

Het verschil is zo groot tussen de eerste en de tweede stad, dat ook wel logisch is dat de eerste stad veel belangrijker is. Bij deze landen is er dus een primate city

Slide 8 - Diapositive

De aantrekkingskracht van de stad
Waarom willen mensen naar de stad toe:
  • Kans op werk (onderhouden gezin)
  • Kans op een opleiding (mogelijkheden op een toekomst)
  • Meer recreatiemogelijkheden (plezier in het leven)

Hoe armer een land, hoe sterker de aantrekkingskracht: 
Het leven op het platteland is zo slecht (soms zelfs onmogelijk), dat de stad als de oplossing voor de problemen kan worden gezien. Wil je een "normaal" leven, dan moet je naar de stad.

Vooral in arme landen groeien heel erg snel. Hier ontstaan veel megasteden. Bijna altijd zijn dit ook primate city's, want iedereen wil naar die ene belangrijke stad voor een beter leven

Slide 9 - Diapositive

Hoe groeien steden?
Steden groeien om 2 reden:
  1. Er is een vestigingsoverschot: Mensen gaan van het platteland naar de stad toe om daar te wonen. Er komen daarom meer mensen de stad binnen, dan dat mensen uit de stad weg trekken. Door migratie groeien steden dus.
  2. Er is een hoge natuurlijke bevolkingsgroei: De meeste mensen die naar de stad trekken zijn vooral jonge mensen. Nadat ze een baan of een opleiding hebben afgerond, zullen ze een gezin krijgen, en dus ook kinderen. Hierdoor worden er in de stad veel baby's geboren. Doordat meer kinderen worden geboren, dan dat ouderen komen te overlijden groeien steden dus.

Slide 10 - Diapositive

Het groeien van steden - begrippen
Verstedelijking = de trek van het platteland naar de stad. (een hoog getal  betekent dat veel mensen verhuizen richting de stad)
Verstedelijkingsgraad = het percentage (%) mensen dat in de stad woont. (een laag percentage betekent weinig mensen in de stad wonen en veel op het platteland)
Verstedelijkingstempo = het tempo waarmee de verstedelijkingsgraad toeneemt. (een hoog percentage betekent dat steden heel snel groeien)

Verband:
Uitleg op de volgende dia

Verband 1
Hoe rijker een land, hoe hoger de verstedelijkingsgraad en hoe lager het verstedelijkingstempo.
Verband 2
Hoe armer een land, hoe lager de verstedelijkingsgraad, en hoe hoger het verstedelijkingstempo

Slide 11 - Diapositive

Uitleg verband
Een rijk land heeft vaak een hoge verstedelijkingsgraad. Er wonen dus veel mensen in steden en weinig op het platteland. Dat is ook logisch, want het land is goed ontwikkeld. Omdat de meeste mensen al in de stad wonen, kunnen er nog maar weinig vanaf het platteland verhuizen naar de stad. Daarom is het verstedelijkingstempo juist laag.

Een arm land heeft een lage verstedelijkingsgraad (vooral mensen op het platteland). Hierdoor kunnen nog heel veel mensen richting de stad trekken. Daarom heeft het land juist een hoog verstedelijkingstempo.

Slide 12 - Diapositive